De Oostenrijkse skischansspringers hebben de gouden medaille veroverd in de teamcompetitie voor Slovenië en Duitsland. Marius Lindvik en Ryoyu Kobayashi, de olympische kampioenen op de normale en grote schans, grepen naast extra olympisch eremetaal.
Oostenrijk, met wereldrecordhouder Stefan Kraft en vice-olympisch kampioen Manuel Fettner in de ploeg, veroverde voor het eerst sinds 2010 goud in de teamcompetitie. Maar het moest wel nagelbijten tot op het einde.
Op een ijskoude avond, met temperaturen tot -19,4 °C en stevige windstoten, kregen de skischansspringers een pittige uitdaging voorgeschoteld. Vooral de Slovenen leken er weinig moeite mee te hebben en gingen als leiders de slotronde in.
In die slotronde kon wereldrecordhouder Stefan Kraft de Oostenrijkers nipt op kop brengen, maar het bleef spannend tot het einde.
Duitsland was zeker van brons, toen de Noor Marius Lindvik, de olympische kampioen op de grote schans, net tekort kwam voor de medailles. Manuel Fettner duwde Slovenië met een ultieme sprong dan weer naar de 2e plek.
Maar de Slovenen hebben in Peking naam gemaakt als het opkomende land in het skischansspringen. Met 2 keer goud, 1 keer zilver en 1 keer brons tonen ze dat niet alleen de naam van Primoz Roglic moet worden genoemd als het over Sloveense skischansspringers gaat.
Marius Lindvik en Ryoyu Kobayashi moeten vrede nemen met hun gouden plak in de individuele nummers. Noorwegen eindigde 4e, Japan 5e.