De grote dupe van hun nieuwe reputatie. Nergens was de wintermercato zo chaotisch als bij Newcastle United. Sinds de overname door Saudische miljardairs bekend als de “rijkste club ter wereld”, maar de afgelopen weken vooral een speelbal op de transfermarkt. Een verhaal over geslepen makelaars, een slechte timing en de “Newcastle-belasting”.
Iedere voetbalfan raakte er ooit wel eens aan verslaafd: het computerspelletje Football Manager. Je kan er in de rol kruipen van trainer én sportief directeur van bijna iedere club ter wereld.
De populairste keuze in de nieuwste editie?
Zonder twijfel Newcastle United.
De Premier League-club kwam begin oktober in handen van een Saudisch staatsinvesteringsfonds, met investeerders die samen over een kapitaal van 367 miljard euro - ja, u leest het goed - beschikken. Die zijn uiteraard bereid om flink te investeren om de torenhoge ambities in te lossen.
Het gevolg: in Football Manager beschik je als beleidsbepaler over een nagenoeg onbeperkt budget om spelers binnen te halen.
Kylian Mbappé, Ousmane Dembélé, Eden Hazard, Paul Pogba, Matthijs de Ligt… De virtuele toptransfers zijn niet bij te houden.
"Newcastle-belasting"
In de realiteit was spelers shoppen veel minder evident voor het steenrijke Newcastle.
Door de overname en het gespeculeer over alle droomdeals die zouden volgen, waren er voor deze mercato meteen veel ogen op de club gericht. Weinig namen die de afgelopen weken niét aan The Magpies zijn gelinkt.
Het grote probleem van de club: iedere potentiële verkoper wist dat ze geld op de rekening hadden. Wanneer er ergens geïnformeerd werd naar een speler, schoot de vraagprijs meteen met enkele miljoenen de hoogte in. “De Newcastle-belasting”, grapten Engelse media.
Daarbij komt dat de wintermercato allerminst een interessante periode is om aankopen te doen. Spelers met een aflopend contract van 6 maanden vertrekken liever transfervrij in de zomer aan betere voorwaarden. In bijna alle andere gevallen moet er een transfersom betaald worden.
Nog een ander nadeel: alle concurrenten wisten ook dat versterkingen broodnodig waren bij Newcastle. Het staat momenteel op een degradatieplaats in de Premier League en kan na inhaalmatchen zelfs helemaal laatste staan.
Zwart-witte speelbal
Die mix van factoren zorgden ervoor dat Newcastle de zwart-witte speelbal van de afgelopen transferperiode was.
Makelaars liepen de deur van St. James’ Park plat of gebruikten Newcastle slim in onderhandelingen om interesse bij andere clubs op te wekken. Of de contracten van hun spelers te verbeteren.
Nochtans was het in het begin de bedoeling om de club organisch te laten groeien met enkele slimme transfers die in totaal maar tussen de 50 en 60 miljoen euro zouden kosten.
Want ook de investeerders beseften dat het huidige voetballandschap totaal anders is dan toen Chelsea, Manchester City en PSG ruim tien jaar geleden in handen kwamen van steenrijke eigenaars.
De marktprijzen liggen veel hoger en ondertussen is er die vervelende (maar weinig effectieve) Financial Fair Play. Het hielp evenmin dat er bij Newcastle nog geen sportief directeur of CEO aangesteld is sinds de overname. Kersverse eigenaars Amanda Staveley en Mehrdad Ghodoussi zijn onervaren in het sportief leiden van een club en legden hun lot dus in handen van trainer Eddie Howe, de scoutingscel en tijdelijke consulenten.
“Maar niemand wist eigenlijk tegen wie er gesproken kon worden bij de club”, liet een makelaar optekenen.
Telefoon roodgloeiend
De chaotische aanpak resulteerde in een bijna eindeloze lijst transfertargets die even snel groeide als kromp.
Het duurde tot 7 januari vooraleer Newcastle zijn eerste aanwinst kon voorstellen. De Engelse flankverdediger Kieran Trippier kwam voor 15 miljoen euro over van Atlético Madrid.
Een week later plukte Newcastle de ervaren Chris Wood weg bij degradatieconcurrent Burnley. Het betaalde maar liefst 30 miljoen euro voor de 30-jarige spits. Voor heel wat ploegen het bewijs dat geld geen probleem was voor de traditieclub.
Vervolgens lieten nieuwe versterkingen lang op zich wachten. Deals met toptargets als Sven Botman, Donny van de Beek en Diego Carlos draaiden op niks uit. De veelzijdige middenvelder Bruno Guimarães van Lyon hapte uiteindelijk wel toe. Het prijskaartje: 42 miljoen euro.
Op deadline day stond de telefoon in Newcastle uiteraard roodgloeiend - er moést nog iets bij. Alleen stuikte het dossier van de beloftevolle Reims-aanvaller Hugo Ekitike in elkaar.
Met Dan Burn (voor 15 miljoen gekocht van Brighton) en Matt Targett (gehuurd van Aston Villa) kwamen er wel nog twee defensieve versterkingen, maar een echte toptransfer bleef uit.
Toch tikte het totaalbedrag voor de vijf aanwinsten af op ruim 102 miljoen euro. Het maakt van Newcastle de club die het meeste geld spendeerde in de wintermercato.
Tegen wil en dank nog maar eens een bevestiging van hun nieuwe reputatie.