Jasper Stuyven werd jarenlang een grote toekomst voorspeld, maar in de grote klassiekers kwam hij telkens net wat tekort. Tot nu. "Ik wist dat ik alles of niets moest spelen. En het is alles geworden."
Voor de start van Milaan-Sanremo ging het bijna uitsluitend over Wout van Aert, Mathieu van der Poel en Julian Alaphilippe. "Iedereen weet hoe sterk die 3 gasten zijn, maar dat betekende niet dat wij niet in winst geloofden", zegt Stuyven.
"Ik voelde mij nog goed in de finale en op de Poggio. Maar er zaten nog veel snelle jongens bij. Ik dacht: ik moet nu alles of niets spelen. Er waren geen koppeltjes, dus daar moest ik van proberen te profiteren. Liever all-in en eventueel met lege handen eindigen dan hier met de groep meesprinten voor plaats 5 tot 10."
"Ik koos een goed moment en dan was het pittig tot de finish. Het was ideaal dat Søren (Kragh Andersen) overnam en bleef rijden. Toen ik aanging, ging ik meteen vol in de verzuring. Maar 1 centimeter of 1 minuut voorsprong, dat maakt niet uit."
"Wellicht lukt zoiets maar 1 of 2 keer op de 10, maar het pakte goed uit en ik boek de grootste zege uit mijn carrière. Het is echt machtig, niet te beschrijven eigenlijk. Alsof de wereld stilstaat. Je ziet het niet, maar achter dit mondmasker zit een grote smile."
"Er komen nog mooie weken aan, dus we moeten met de ploeg voortgaan op dit elan. Maar eerst hier even van genieten, vandaag en toch ook morgen nog."