De kiem van het huidige Quick Step-Alpha Vinyl werd 20 jaar geleden geplant als Quick Step-Davitamon. De ploeg van Patrick Lefevere staat stil bij twee decennia vol successen (en tegenslagen): in het KOERS Museum in Roeselare gaat vanaf zaterdag een tentoonstelling van start over 20 jaar Quick-Step in het peloton.
Dat Quick-Step, in welke gedaante dan ook, de voorbije 20 jaar een karrenvracht aan overwinningen heeft verzameld, weet iedereen. Maar de cijfers zijn toch om duizelig van te worden.
Meer dan 860 UCI-zeges, 108 ritten in grote rondes, 20 Monumenten, 64 nationale titels, 16 wereldtitels en ga zo maar door.
"In 2003 begonnen we met hoop, maar vergeet niet dat ik toen al 20 jaar in het vak zat", mijmert Patrick Lefevere (67).
Voor Quick-Step hoofdsponsor van de ploeg werd, had het al even geproefd van de wielersport bij het machtige Mapei.
"Met die Italiaanse ploeg hadden we nooit Milaan-Sanremo gewonnen, maar in ons eerste jaar won Paolo Bettini meteen La Primavera."
(lees voort onder de reportage)
"Ons geheim? Samenhorigheid en mijn geloof in de ploeg"
Sindsdien is de trein nooit gestopt. Op twee magere jaren na, door onder meer sponsorperikelen, stond de ploeg van Patrick Lefevere nagenoeg voortdurend aan de top.
"Ons geheim? Samenhorigheid en mijn geloof in de ploeg. Iedereen vraagt wat The Wolfpack betekent, maar sommige geheimen kun je niet onthullen. Het is een pact dat natuurlijk gegroeid is."
De strafste wereldster met wie hij gewerkt heeft, die wil Lefevere niet selecteren. En ook zijn wenslijst vult hij op zijn manier in.
"Men zegt dat de Tour op onze erelijst ontbreekt. Ik zeg altijd: er zal niet op mijn graf staan dat ik de Tour niet gewonnen heb."
"Ik lig er niet wakker van. We hopen dat het gebeurt, maar je kunt zoiets niet kopen."
"Een fenomeen als Tadej Pogacar werkt natuurlijk niet zo hoopgevend, maar men dacht destijds dat Jan Ullrich 7 keer de Tour zou winnen. Hij heeft het één keer gedaan. We geven dus niet op."