Weer net niet. Kenny De Ketele en Robbe Ghys reden een dijk van een olympische ploegkoers, maar ze werden daar niet voor beloond. "Het is toch de ontgoocheling die overheerst", klinkt het bij beiden.
Dertien jaar na zijn vierde plaats op de ploegkoers in Peking (samen met Iljo Keisse), moet Kenny De Ketele weer tevreden zijn met die ondankbare vierde plaats.
"We kwamen er enorm dichtbij. Het was een heel hectische en gevaarlijke wedstrijd. Robbe kwam net niet ten val en we hebben een paar gaatjes moeten dichten", kijkt De Ketele terug op de race.
"Op het einde zat iedereen stikkapot, maar wij hadden nog redelijk wat in onze tank. Als je dan ziet hoe dichtbij je komt..."
"Vierde is mooi, het is een olympisch diploma, maar die vierde plaats had ik al. Daarvoor ben ik niet naar hier gekomen. Het is toch de ontgoocheling die overheerst."
Bij zijn olympisch debuut mocht Robbe Ghys heel lang meebikkelen om de medailles. "Ik voelde in het begin dat we heel snel zouden moeten rijden om punten te pakken. We hebben in die aanvangsfase ook onze job goed gedaan en meer punten gepakt dan we anders doen."
"Na de sprint halverwege de koers voelde ik dat het stil viel. Iedereen reed zodanig groot dat het moeilijk was om aan te zetten. Ik had al een paar keer aangegeven aan Kenny dat we moesten gaan, maar het moment kwam niet meteen."
"Toen het nog maar dertig ronden was, moesten we wel. Er zat veel in, maar we hadden een tikkeltje ongeluk dat een ploeg die niets meer te maken had met de medaillestrijd ons achtervolgt. Dat is koers!"
"We mogen onszelf zeker niets kwalijk nemen. We hebben gereden voor wat we waard zijn. Voor hetzelfde geld pakken we de Britten nog, want die zaten ook op hun tandvlees. We hebben gedaan we we moesten doen, alleen is het zuur dat het de vierde plaats geworden is."
Ik begon overal onderdoor te sturen, het kon me niet meer schelen. Eigenlijk moet je hier alles vergeten wat je altijd geleerd hebt en als de grootste amateur rondrijden. Zo maak je de grootste kans.
Ghys: "Ik ben een keer of tien van mijn sokken gereden"
Zenuwachtig, hectisch, bijwijlen zelfs gevaarlijk. De olympische ploegkoers was geen moment rustig.
"Ik ben een keer of tien van mijn sokken gereden vandaag. Het was erger dan een afvallingskoers", analyseert Ghys. "Ze kwamen van overal: onderdoor, tegen mijn wiel. Ik kom heel goed weg dat ik niet val."
De Ketele beaamt de hectiek: "Op den duur zijn we dat spel beginnen meespelen. Ik begon overal onderdoor te sturen, het kon me niet meer schelen. Eigenlijk moet je hier alles vergeten wat je altijd geleerd hebt en als de grootste amateur rijden. Zo maak je de grootste kans."
"Zo konden we ons een paar keer plaatsen voor de sprints. We hadden voldoende snelheid. Nadien hadden we wel wat recuperatie nodig, maar we konden prikken op de goede momenten en blijven vertrouwen op ons eindschot."
"Door onze goede verzetkeuze hebben we iets kunnen overhouden voor het einde. De Denen winnen wel en werden ongenaakbaar geacht, maar op het einde rijden we hen wel uit het wiel."
"Dat wil toch zeggen dat we alles juist hebben gedaan in de voorbereiding. We hebben dan wel geen Tour de France gereden. We zijn twee Vlaamse "boerkes" die bij een kleine Vlaamse ploeg alle kansen hebben gekregen. Dat hebben we meegenomen naar vandaag."
"De laatste twintig ronden dacht ik continu: "olympisch kampioen, olympisch kampioen, olympisch kampioen", maar uit eindelijk is het een medaille van chocolade geworden."
"We hebben wel superveel steun van thuis gekregen, dus ik wil iedereen daarvoor bedanken. Dat heeft deugd gedaan, maar uiteindelijk is het niets geworden. Sorry dat we niets mee naar huis nemen."
We hebben dan wel geen Tour de France gereden. We zijn twee Vlaamse "boerkes" die bij een kleine Vlaamse ploeg alle kansen hebben gekregen. Dat hebben we meegenomen naar vandaag.
"Supertrots op wat we samen hebben bereikt"
Op zijn 36e heeft De Ketele zijn laatste olympische kunstje vertoond. Hoe blikt hij terug? "Het is uiteindelijk een beetje een carrière van veel net niet geworden. Ik heb veel Europese titels gewonnen, maar op het grote wereldtoneel net niet."
"Ik heb op het WK maar één keer echt kunnen uitpakken, met Gijs Van Hoecke. Misschien kan ik dat wel meenemen in mijn verdere carrière."
"Ik ga sowieso nog door met koersen, ik weet niet wat er volgt. Binnenkort zijn er nog het EK en WK. Nadien kan ik mijn ervaring misschien doorgeven aan jongeren. Ik kan hen inspireren om nooit op te geven, want je ziet dat er kansen komen. Als je er vol voor gaat en ervoor werkt, kan je iets bereiken in het leven."
"Robbe kan zeker nog terugkomen. Hij heeft alles om olympisch kampioen te worden en het te maken op de weg. Ik denk ook aan Lindsay De Vylder, die hier was en zich klaarhield om in te vallen. Zij zijn misschien een mooi koppel om de fakkel over te nemen."
Hoe klinkt dat Ghys in de oren? "Over een nieuwe maat heb ik nog niet nagedacht. Vandaag was de dag dat ik met Kenny iets kon bereiken, maar het was helaas net niet. Ik ben supertrots op wat we samen hebben bereikt en dat ik jaren met Kenny heb mogen koersen."