Michael Rasmussen over Tour 2007 & Tour 2020: "Mijn ontslag sloeg nergens op"

25 juli 2007, het is de dag die Michael Rasmussen nooit meer zal vergeten. De Deen had de Tour-winst voor het grijpen na zijn ritzege op de Col d’Aubisque, maar werd ’s avonds in Pau door zijn eigen Rabobank-team uit de Ronde van Frankrijk gezet én ontslagen.

Rasmussen had in de aanloop naar de Tour gelogen over zijn whereabouts. Hij had niet in Mexico, maar in Italië getraind. 13 jaar later heeft de Deen het nog altijd moeilijk met de beslissing van Rabobank.

“Deels kan ik  begrijpen dat er commerciële belangen meespeelden, maar ik denk ze bij Rabobank over het hoofd zagen wat de gevolgen zouden zijn. Want ik ben niet het type dat zich zomaar bij de feiten neerlegt.”

“Iedereen binnen het teammanagement wist toen ook wat er gaande was. Het was stom van de ploeg om mij als leugenaar te bestempelen in een periode waarin zij EPO verdeelden in de bus en mij ook in contact brachten met de bloedbank in Oostenrijk."

“Het sloeg nergens op dat ik ontslagen werd, omdat ik verkeerde info gegeven had. Iedereen binnen het team wist dat ik toen niet in Mexico was. Het teammanagement stond onder enorme druk van de bank. Het was geen beslissing van het team, maar van de bank. Zij bekeken het op lange termijn. Maar uiteraard was er ook druk van Tour-organisator ASO.”

Ex-renner Davide Cassani was uiteindelijk de man die de bal aan het rollen bracht. Hij zei toen op de Deense televisie dat hij Rasmussen had zien trainen in Italië.

Rasmussen vertelt nu dat hij Cassani die bewuste juliavond in 2007 zélf op de hoogte bracht over zijn uitsluiting. “Ik had hem die avond aan de lijn, toen ze me met de auto wegvoerden uit het hotel. Ik was aan het wenen aan de telefoon en hij ook. Het was een vreselijke avond.”

“Uiteindelijk komt het gewoon neer op ongelooflijk veel pech. Want hoe groot is de kans dat Cassani mij ziet trainen op een regenachtige dag, op 200 km van zijn huis? Dat heeft uiteindelijk wel alles in gang gezet.” 

Rasmussen volgt de Tour nu voor de Deense krant Ekstra Bladet. Is de Ronde van Frankrijk nu volgens hem wel zuiver? “Het kan me eigenlijk niet schelen, zolang het een eerlijke strijd is. En dat is zo.”

“4 renners komen over de top van de Marie Blanque en 10 seconden later nog eens 4 renners. Het is niet zo dat één renner 5 minuten voor de rest uit rijdt. Daar gaat het om. Voor mij lijkt het een eerlijke strijd. Ik wil iedereen er ook nog eens aan herinneren dat het in het wielrennen zelden gebeurt dat de nummer 1 de nummer 2 bedriegt.”

Rasmussen geniet in elk geval van deze Tour. “Het is een fantastisch gevecht. ASO is erin geslaagd om voor een open strijd te zorgen, wellicht tot op de Col du Grand Colombier net voor de 2e rustdag. Het is vrij uniek om nog 10 renners binnen 1 minuut te hebben.”

“Roglic is zeker 1 van de 2 grote favorieten en hij heeft het sterkste team. Persoonlijk hoop ik dat Nairo Quintana wint. Ik hou van dat kleine kereltje. Maar ik zou mijn geld wel op Bernal zetten. Zowel Bernal als Quintana houden van de langere beklimmingen.”

Corona hangt nog steeds als een zwaard van Damocles boven de Tour. Voor de renners is het aanpassen, al vinden ze dat volgens Rasmussen wellicht niet zo erg. “Ze moeten niet meer met de pers bezig zijn, ze kunnen meteen naar de bus."

“Misschien neemt het wel wat emoties weg. Als je een rit wint, wil je de vreugde delen met iedereen. Dat gaat nu niet. Maar voor de meeste renners zorgt het toch voor meer ontspanning. Ze moeten zich enkel op het fietsen concentreren.”

Voor de wielerfans is de impact wel groot. “De Tour is een uniek sportevenement. Je kan als toeschouwer de Tour-winnaar aanraken, een schouderklopje geven als hij een berg opfietst. Dat is zo uniek en gebeurt in geen enkele andere sport. Dat ontbreekt dit jaar.”

Rasmussen denkt bovendien dat de wielersport door corona wel eens permanent zou kunnen veranderen. “Het zijn nu uitzonderlijke omstandigheden, maar ik vrees dat bepaalde zaken ook na de coronacrisis zullen blijven bestaan. Ik denk dat er steeds meer restricties zullen komen, ook ná de coronacrisis."