Het is Andrea Tafi (52) echt wel menens om volgend jaar aan de start te verschijnen van Parijs-Roubaix. De ex-winnaar van de Hel wil bewijzen dat je ook als 50-plusser nog kan sporten op het hoogste niveau. "Als ik de kans krijg, dan trek ik naar Roubaix om een fysieke grens te verleggen."
"Het is een droom van mij"
Het werd her en der opgevat als een grap, maar Andrea Tafi mikt wel degelijk op een plaats in het peloton dat volgend jaar aan de start staat van Parijs-Roubaix. "Ja, dat plan klopt", legt Tafi uit aan Sporza. "Het is een droom van mij."
"Het maakt deel uit van een project waarbij ik de evolutie wil bekijken van de fiets en de wielersport van mijn zege in Roubaix in 1999 tot nu. Het zou voor mij een eer zijn om aan de start te staan van deze wedstrijd."
"Ik weet heel goed dat ik bij de start bijna 53 jaar zal zijn. Ik weet wat ik moet en zal doen. Als ik de kans krijg, dan trek ik naar Roubaix om een fysieke grens te verleggen. Ik wil tonen dat je op 52 jaar ook nog kan sporten."
Tafi fietst zelf nog jaarlijks bijna 20.000 kilometer. "Het is een uitdaging voor mezelf. Ik weet wat me te wachten staat. Er kan van alles gebeuren, maar als ik het doe, dan wordt het een mooie ervaring en iets unieks voor een 50-plusser."
"Of ik al een ploeg heb? Daar werken we aan. Als er een team gelooft in mijn project, dan is er 100 procent kans."
"Een kampioen als Museeuw zou dat ook kunnen"
Een publiciteitsstunt wil Andrea Tafi zijn project niet noemen. De Italiaan heeft ook sportieve ambities. "Natuurlijk heb ik die. Ik moet de hele voorbereiding doen. Je moet goed voorbereid zijn, anders is het een gek plan. Als ik de kans krijg, dan doe ik er alles aan om me klaar te stomen."
"Ik heb er geen schrik voor. Als ik train, dan zal ik misschien obstakels tegenkomen. Dat moet ik dan maar bekijken. Ik wil tonen dat je ook na je carrière nog kunt sporten en ik wil tonen hoeveel de fiets veranderd is."
"Denk maar aan de schijfremmen en het gebruik van de helm. Vroeger was ik de eerste om te zeggen dat je geen helm nodig had. Dat zijn belangrijke veranderingen."
"Ik sprak bij de Ronde van Lombarijde overigens ook met Johan Museeuw. Hij begon wat te lachen toen hij mijn plan hoorde, ik niet. Ik weet wat ik zeg. Een kampioen als Johan zou dat overigens ook kunnen."
