In 1994 wordt Jean-Michel Saive Europees kampioen tafeltennis. In aflevering vijf van het derde seizoen van Wereldrecord neemt Maarten Vangramberen de finale tussen Saive en de toenmalige olympisch-en wereldkampioen Waldner onder de loep.
1. Het effect van de opslag
"Je kan op 1.001 verschillende manieren variëren met je opslag", zegt Belgisch kampioen tafeltennis Cédric Nuytinck.
Je kan het je tegenstander enorm moeilijk maken met allerlei soorten opslagen. Zo kan je met topspin, backspin of sidespin hem telkens op het verkeerde been zetten.
Maar hoe veel effect zit er nu op zo'n opslag?
Na het filmen van een opslag van Nuytinck met een hogesnelheidscamera blijkt dat een balletje tot wel 52 (!) omwentelingen kan maken per seconde.
2. Het wapen van Saive
De topspin-forehand is de krachtigste slag in het tafeltennis en meteen ook het krachtigste wapen van Jean-Michel Saive.
"Op momenten waar andere spelers totaal niet meer tegen de bal zouden kunnen slaan, weet Saive toch nog een geweldige topspin-forehand uit zijn mouw te toveren", zegt tafeltennister Margo Degraef.
Maar hoe komt het dat dit zo'n krachtige slag is?
"Het hele lichaam werkt mee. Je spreekt echt alle spieren aan. Het is zoals een zweepslag op het balletje", zegt professor Bewegingswetenschappen Frederik Deconinck.
3. Een geweldig reactievermogen
"Tafeltennis is puur anticipatie, en Saive leest het spel ongelooflijk goed", aldus Margo Degraef.
Door de snelheid van de bal heb je als tafeltennisser weinig tijd om te reageren.
"Je hebt tussen de 0,1 en 0,2 seconden om terug te slaan. Dat is echt heel weinig tijd", aldus professor Deconinck.
Tafeltennissers lossen dit op door wat verder van de tafel te gaan staan, maar vooral door hun geweldige reactievermogen.