Voor de Gentse zesdaagse stapt Jasper De Buyst graag nog eens op zijn pistefiets. En met succes: met Tosh Van der Sande eindigde hij in 2018 derde en in 2019 tweede en momenteel draait hij met de Duitser Roger Kluge ook mooi als derde rond. De laatste jaren primeerde de weg, maar met de Spelen van 2024 in Frankrijk in aantocht denkt De Buyst ernstig na over de combinatie.
De Buyst is opgegroeid op de piste. De 27-jarige won de Gentse Zesdaagse in 2013 en 2014 en pakte bij de jeugd en elite medailles in het baanwielrennen. Maar de laatste 5 jaar lag zijn focus bijna uitsluitend op de weg, als lead-out en snelle man bij Lotto-Soudal.
Voor de Spelen van 2024 in Parijs wil De Buyst evenwel weer meer op zijn pistefiets kruipen, zeker nu Kenny De Ketele (36) stopt als renner. "Ik sluit niet uit dat ik wil investeren in de piste met het oog op Parijs."
"Het is ook geen geheim dat Kenny misschien bondscoach zou worden. Ik denk dat er dan wel mogelijkheden zijn om samen te werken. Maar ik wil eerst afwachten wie er effectief op de plaats van bondscoach terechtkomt. Ik sta er zeker voor open om een gesprek aan te gaan."
Dat de combinatie piste-weg kan, dat bewijst Michael Mørkøv, de leider in Gent, wereld- en olympisch kampioen ploegkoers met Lasse Norman Hansen, en lead-out van Mark Cavendish en co. in de Tour en andere wegkoersen.
De Buyst beaamt: "Het is zeker combineerbaar. Dat de volgende Spelen echt dicht bij huis zijn, maakt het ook makkelijker qua reis, jetlag en planning."
"Maar alles begint met wie bondscoach wordt, dat gesprek en of we alles op dezelfde lijn krijgen, ook met mijn werkgever. En dan zijn er dingen mogelijk."
"Met de juiste afspraken, training en benadering kan ik meerwaarde zijn"
De Buyst voelt dat hij iets kan betekenen voor België op de piste, maar hij is natuurlijk niet de enige geïnteresseerde. “Ik merk aan mezelf: dit is de 10e keer dat ik op de pistefiets zit in 2 jaar. Ik moet het hier een klein beetje ondergaan, maar ik
kan meedoen."
"Dus ik denk dat er mogelijkheden zijn om meer op de piste te rijden en te
trainen, wedstrijden op te pikken en op te bouwen. Ik denk dat dat nodig is,
want het baanwielrennen is de voorbije 5 à 7 jaar veranderd: de verzetten zijn veranderd, maar ook de manier van koersen. De sprints tellen meer door."
"Dat hoeft geen nadeel te zijn. Maar ik zal mij toch wat moeten aanpassen. Momenteel heb ik geen streep voor op de andere jongens die willen."
"Maar met de juiste afspraken, training en benadering zou ik een meerwaarde kunnen zijn."
De Buyst heeft een haat-liefderelatie met de piste: "Elk jaar komt ik naar Gent en denk ik: "Ik zie hier zo af dat ik niet meer terugkom." Maar 3 dagen later denk ik al: "Binnen 11 maanden zijn we er weer."
"Het is vooral liefde. Ik kan ervan genieten om mijn pistefiets en -materiaal uit de
kelder te halen. Dat is wat mij als jonge renner heeft aangesproken."
De Buyst maakte de Spelen van Rio mee als baanrenner. "Daar heb ik geen goede herinneringen aan en dat hoofdstuk is ook afgesloten. Er spelen geen revanchegevoelens, dat zou een slechte drijfveer zijn. Maar het zou wel leuk zijn om naar de Spelen terug te keren."
