Het staat nog in ieders geheugen gegrift: de loodzware valpartij van Remco Evenepoel in de Ronde van Lombardije. Evenepoel schoof vanavond aan aan de tafel van Karl Vannieuwkerke, de goesting om weer te koersen droop ervan af. "Het mag sneeuwen, donderen, het maakt niet uit. De dag dat ik weer op de fiets mag, spring ik erop."
"Ik heb deze Tour al elke rit gekeken"
Zaterdag 15 augustus. Een dag om snel te vergeten, voor de wielerliefhebber, maar zeker ook voor Remco Evenepoel. De renner van Deceuninck-Quick Step kwam enorm zwaar ten val in de afdaling. Er werd gevreesd voor het ergste, maar hij was bij bewustzijn en het verdict was "slechts" een bekkenbreuk.
"Het gaat elke dag een beetje beter", vertelt Evenepoel in Vive le Vélo. "ik probeer geduld te hebben, maar wacht toch op het groene licht van de dokters om opnieuw te mogen koersen. Ik heb elke rit in de Tour al gekeken. De ritten die mij het meest interesseren, bekijk ik ook van de start."
"Het is het moeilijkste deel van atleet te zijn: terugkomen van onder 0. Het gewicht en de voeding. Ik weeg momenteel 59.5 kilogram, wat echt wel laag is. Maar het is beter iets lager te staan dan te hoog. Het is moeilijk, maar het is allemaal met een doel."
"Het mag sneeuwen, donderen, het maakt niet uit. De dag dat ik weer op de fiets mag, spring ik erop. Nu moet ik nog 2 weken geduld hebben. Dan ga ik op consultatie in Herentals en zien ze hoe de breuken zitten."
Evenepoel ziet met Pogacar een (toekomstige) rivaal in het grote rondewerk. "Natuurlijk ben ik onder de indruk van Pogacar. Vorig jaar had ik al iets van "wow, dat is geen normale". Het enige nadeel is dat hij geen ploegmaats heeft deze Tour. Als hij de Tour wil winnen, zal hij de gele trui niet te snel moeten nemen", aldus Evenepoel.
