De soap kent nog altijd geen einde. In Brest kwam vandaag de zaak van de beruchte toeschouwster met het "opi-omi"-bord voor de rechtbank. Die nam de zaak in beraad. Het openbaar ministerie eist een "waarschuwingsstraf" van vier maanden cel voorwaardelijk.
Opvallend veel media tekenden present in de rechtbank van Brest.
De beklaagde zelf was niet aanwezig, maar haar advocaten vroegen wel om de zaak achter gesloten deuren te behandelen. Dat verzoek werd geweigerd.
Het openbaar ministerie eiste een "waarschuwingsstraf" van vier maanden cel voorwaardelijk. De advocaten van de civiele partijen - onder meer de rennersvakbond - vroegen een symbolische euro om de geleden schade.
De advocaat van de civiele partijen (UNCP en CFA) van zijn kant eiste de symbolische euro op voor elk van deze twee structuren die beroepswielrenners vertegenwoordigen.
Een uitspraak kwam er nog niet in de zaak. De rechtbank van Brest neemt de zaak in beraad tot 9 december.
De vrouw werd vervolgd voor "het in gevaar brengen van anderen" en "het toebrengen van onopzettelijke verwondingen die een arbeidsongeschiktheid van maximum 3 maanden tot gevolg hebben gehad".
Bij de massale val waren zo'n 50 renners betrokken. Onder meer de Spanjaard Marc Soler en de Duitser Tony Martin, die als eerste tegen het bord aanreed, liepen zware letsels op.