Tom Steels reed ooit de Tour uit met een zitvlakblessure en predikt nu vooral geduld rond de blessure van Remco Evenepoel. "Zitvlakblessures zijn onderschat bij de renners. Je hebt tijd nodig om het te laten genezen", weet de ploegleider van Deceuninck-Quick Step. "Vervelend, maar wel van voorbijgaande aard."
Remco Evenepoel verraste gisteren met de mededeling dat hij al even niet meer op de fiets zit, omdat hij nog pijn had als hij op het zadel zat. Tom Steels had tijdens zijn rennerscarrière een gelijkaardige blessure.
"Iedere blessure is anders, maar ik heb inderdaad op een vrij identieke plaats een ontsteking gehad op mijn zitvlak", vertelt de voormalige sprinter. "Ik heb er natuurlijk de Tour mee uitgereden en dat was niet goed."
"Het verschil met Remco is dat hij het nu rustiger aan kan doen, dus op dat vlak kun je de blessures niet vergelijken. Het was het moment om even gas terug te nemen en het herstelproces in te zetten."
Zitvlakblessures zijn onderschat bij de meeste renners. Het is geen drama, maar je moet het laten genezen. Daar heb je geduld bij nodig.
En Steels predikt vooral geduld. "Je moet dat tijd geven, want zitvlakblessures zijn onderschat bij de meeste renners. Het is geen drama, maar je moet het laten genezen. Daar heb je wel geduld bij nodig."
Evenepoel heeft een periode de pijn verbeten op training, omdat hij dacht dat dat bij het herstel hoorde. "De herkenning van een blessure is niet zo eenvoudig als renner", zegt Steels daarover. "Als je al ervaring hebt gehad met een blessure aan een bepaald lichaamsdeel, dan is dat makkelijker."
"Eens je de blessure herkent, kun je ook betere info geven aan de dokters. Maar het belangrijkste is dat wanneer het genezen is, het ook verleden tijd zal zijn. Na de genezing is die zitvlakblessure nooit meer op dezelfde plaats teruggekomen. Ik heb daar in principe nooit meer last van gehad."
(scrol omlaag voor meer)
Lees ook:
"Dit is vervelend voor Remco, maar van voorbijgaande aard"
Een blessure komt altijd ongelegen voor een renner, maar Steels ziet geen onoverkomelijke problemen. "Ik denk dat het op zich wel meevalt. Het vervelendste is dat je nu in een groep zit die volop aan het opbouwen is en jij valt daar uit", vertelt de ploegleider.
"Aan de andere kant is de opbouw van Remco gewoon verschoven, puur fysiek en qua voorbereiding maakt dat niet veel uit. Het is gewoon lastig om geduld op te brengen terwijl je hard wil werken om je conditie op te bouwen. Dat is vervelend, maar van voorbijgaande aard."
De grote doelen van Evenepoel, de Giro en de Olympische Spelen, lijken nog veraf. "Je mag niet vergeten dat Remco een toptalent is. Het gaat niet vanzelf bij hem, hij moet er ook hard voor werken. Maar talenten hebben iets meer ruimte om iets op te vangen dat een andere renner niet kan opvangen."
"Soms is het wat het is en moet je rust nemen, bepaalde dingen mag je niet forceren. Op het vlak van zijn programma is er nog geen probleem. Er is zeker nog tijd voor de Giro (start op 8 mei)", is Steels hoopvol. "Ik kan niet oordelen hoe lang het zal duren, dat is iets voor de medische staf."