Gisteren werd in de reeks ‘last minute kampioenen’ het meeslepende moment ontrafeld waarop Liverpool in 1989 de titel verloor. Vandaag neemt Stef Wijnants u mee naar de al even bloedstollende afloop van de Spaanse competitie in 1994. Johan Cruijff moet met zijn Dream Team de titel laten aan het nietige Deportivo de la Coruna, of toch niet?
Tenerife helpt Barça
Begin jaren negentig geeft de Spaanse Primera Division in verschillende kampioenschappen zijn geheimen pas prijs op de laatste speeldag. Uiteraard spelen de aartsrivalen Real Madrid en FC Barcelona hierin een hoofdrol.
In 1991 wordt Barça nog met een straatlengte voorsprong kampioen, maar in '92 en '93 kan het de titel pas vieren omdat Real Madrid ondanks een voorsprong van 1 punt op de laatste speeldag verliest.
Bijzonder is dat de Koninklijke twee jaar op rij het kampioenschap ziet wegglippen op het veld van dezelfde ploeg: de zonnekloppers van Tenerife.
“La Cara de Tenerife”, het nekschot van Tenerife, bloklettert de Spaanse sportkrant Marca in mei 1992 na 3-2-verlies. In Catalonië en het zonovergoten eiland wordt gelachen om zoveel Koninklijk leed.
Het jaar erop na een kansloze 2-0-nederlaag is de schaamte compleet voor Real. Los Blancos, tot twee keer toe vernederd door voetbaltoeristen van de Canarische eilanden. De legende wil dat in de jaren daarop geen enkele Madrileen met vakantie geweest is op Tenerife. Het eiland zou behekst zijn…
Dream Team
In Barcelona kan de pret niet op na deze derde opeenvolgde landstitel onder Johan Cruijff. De ploeg van “El Salvador“ krijgt in die jaren de bijnaam van “Dream Team”.
Dit naar analogie van het Amerikaanse basketbalteam dat in 1992 op de Olympische Spelen in, jawel Barcelona, oppermachtig is en goud behaalt. De Magic Johnson, Larry Bird of Michael Jordan van FC Barcelona heet hier Hristo Stoichkov, Michael Laudrup, Pep Guardiola, José Bakero, Ronald Koeman, Amor en andere Romario’s.
Cruijff en zijn Dream Team blijken niet enkel in Spanje succesvol. Ze stoten ook door tot de absolute top in Europa door in 1992 in Wembley de Europabeker voor landskampioenen te winnen dankzij een historische vrije trap van Ronald Koeman.
De Beker met de Grote Oren is het orgelpunt voor Cruijff, die in 1988 coach is geworden en Barcelona na meer dan een decennium zonder titel opnieuw bij de wereldtop heeft laten aansluiten. Barça had in de periode vóór "de grote heiland" slechts twee titels in 30 jaar gewonnen.
Bekijk de raket van Koeman tegen Sampdoria:
Lelijke eendje uit Galicië
Aan de andere kant van Spanje, in Galicië, wordt er ook gevierd. Deportivo La Coruña wordt immers knap derde, op slechts 4 punten van Barça, en mag voor het eerst Europa in.
Deportivo is een erg moeilijk te bespelen ploeg en heeft vooraan een goudklompje op de kop kunnen tikken. Uit Brazilië komt José Roberto Gama de Oliveira over, beter bekend onder de naam Bebeto.
Bebeto wordt in zijn eerste seizoen in Spanje meteen pichichi (topscorer van de Primera Division) met maar liefst 29 doelpunten. Later op het WK in de VS in 1994 wordt Bebeto wereldberoemd als hij na een doelpunt met Brazilië een wiegend gebaar maakt. Bebeto is pas vader geworden en viert zijn goal met een vreugdedans die sindsdien geïmiteerd wordt door de hele sportwereld.
Bij Deportivo La Coruña spelen nog twee andere Brazilianen: Donato en Mauro Silva. Samen met Bebeto vormen zij het hart van de ploeg van trainer Arsenio Iglesias.
Een doelpunt maken tegen Depor lijkt een haast onmogelijke opgave: in het hele seizoen 93-94 houdt doelman Paco Llano maar liefst 26 keer de 0 (nog altijd een record) en incasseert hij slechts 18 goals: 18 tegengoals in 38 matchen (een record dat Depor deelt met het Atletico Madrid van Diego Simeone).
Bebeto viert zijn goal tegen Nederland op het WK:
Lange achtervolging
Op 4 december 1993 staat Deportivo voor het eerst bovenaan de stand. Real Madrid is dat seizoen geen partij en wordt onder meer met 5-0 vernederd in Camp Nou na een begenadigde avond van Romario.
Maar Cruijff krijgt het Dream Team pas na nieuwjaar echt op dreef. In de laatste 15 matchen winnen
de Catalanen maar liefst 13 keer en spelen ze twee keer gelijk.
En toch krijgen ze Deportivo maar niet te pakken. Voor de laatste match van het seizoen moeten de goden van Cruijff nog één punt goedmaken. Barcelona ontvangt in eigen huis Sevilla FC en Deportivo ontmoet Valencia.
Aangezien Barcelona over een veel beter doelsaldo beschikt, moet Deportivo minstens hetzelfde resultaat boeken als zijn concurrent om de titel veilig te stellen.
Beide matchen worden live op radio en televisie uitgezonden en de hele natie, met uitzondering van de Catalanen, gunt het kleine Depor de landstitel. Barcelona heeft de afgelopen jaren al genoeg de goden aan zijn kant
gehad…
Nog 45 minuten
Na 45 minuten verkeren de 30.000 toeschouwers in het Riazorstadion in La Coruna en de tienduizenden rond de arena en op het Praia de Riazor, het nabijgelegen strand, in een roes. Deportivo heeft nog niet gescoord, maar heeft uiteraard ook nog geen kans weggegeven en in Barcelona lijken de kansen op een nieuwe titel verkeken, 1-2.
Maar Barca zet in een fantastische tweede helft de wedstrijd toch nog naar zijn hand. Stoichkov, Romario, Laudrup en Bakero scoren elk één keer, eindstand 5-2. Als Romario er in de 71e minuut 3-2 van maakt, begrijpen ze in Galicië dat enkel winst hen in de hemel zal brengen.
Negentien minuten lang bestookt Deportivo de defensie van Valencia, getraind door Guus Hiddink. Fran, Manjarin, Mauro Silva, Claudio en Bebeto zoeken de rechte weg naar doel, maar tot grote doelkansen komt het niet. De derde 0-0 in de laatste vier wedstrijden lijkt Deportivo de das om te doen.
Barcelona zet alles recht in fantastische 2e helft:
Bebeto loopt weg
De klok in het Riazorstadion wijst ‘minuto 89‘ aan. Een zoveelste bal richting Valencia-doelman Gonzalez lijkt op niets uit te draaien, maar dan haakt ex-Barcelona-speler Serrer de doorgebroken Nando. Penalty voor Deportivo, luttele seconden voor het einde van de match.
Is het al ooit gebeurd dat een kampioenschap over 38 matchen zal worden beslist in de laatste minuut door…. één enkele strafschop? Heeft er al ooit iemand gedroomd dat hij de landstitel aan zijn club zal bezorgen door net voor het einde de zenuwen de baas te zijn en een penalty om te zetten?
Bebeto, de grote held van Deportivo, alvast niet. Bebeto is de vaste strafschopnemer. Maar Bebeto kijkt niet naar de bal, Bebeto stapt weg van het strafschopgebied, Bebeto wandelt met het hoofd richting grond naar de middenlijn…. Bebeto durft niet. Vragende blikken op het veld en in de tribunes knielen de Depor-supporters voor hun zitje neer.
Verdediger Miroslav Djukic (in 2009 nog coach van Moeskroen) stapt uiteindelijk naar voren. De Serviër heeft het hele seizoen de Depordefensie op magistrale wijze geleid. Maar nu moet die verdomde 0 van het bord.
Bebeto kijkt niet, Bebeto stapt weg, Bebeto durft niet
Penalty voor de eeuwigheid
Deportivo La Coruña is slechts elf meter verwijderd van het paradijs, de Spaanse landstitel. Djukic houdt het hoofd rechtop, uiterlijk lijkt niets hem te raken. In Barcelona is het oorverdovend stil. Iedereen houdt de adem in en legt zijn oor tegen de radio of kijkt naar televisie.
De Serviër neemt een normale aanloop en trapt rechts van doelman Jose Gonzalez. De bal gaat echter niet hard genoeg en is te ver verwijderd van de doelpaal. Gonzalez laat de bal niet meer los….
Djukic gaat door de knieën en valt achterover. Geen doelpunt, geen titel, geen vreugde, geen heldendom. Scheidsrechter Lopez-Nieto fluit de match af, Barcelona is landskampioen.
Het duurt minuten vooraleer iedereen in het Riazorstadion bekomen is van ‘het drama van Djukic‘. Tienduizenden supporters in blauw en wit blijven verweesd achter. De huilende Djukic wordt door de technische staf naar de kleedkamers geleid.
Niemand wil weg rond het stadion, iedereen denkt dat de strafschop hernomen zal worden, maar de werkelijkheid is anders. Een uur later verlaten de spelers van Deportivo één voor één het stadion. Ook Miroslav Djukic…. Hij wordt luid toegejuicht.
Pas zes jaar later in 2000 wordt Deportivo de La Coruña eindelijk landskampioen in Spanje, ook op de laatste speeldag. Dit keer falen de
Galiciërs niet in het Riazorstadion. Miroslav Djukic kan de boze geest verdrijven.
“God bestaat toch nog, eindelijk kan ik 14 mei 1994 achter mij laten. Mijn ziel kan nu definitief tot rust komen. De fans van Deportivo hoeven niet langer meer aan die strafschop te denken “, laat Djukic optekenen. Djukic speelt dan al enkele jaren bij…. Valencia.