Shorttrack op de Olympische Winterspelen in Peking: programma, favorieten en Belgen

Shorttrack was voor het eerst te zien op de Olympische Spelen in 1988, toen het nog een demonstratiesport was. Vier jaar later stond het voor het eerst op het officiële olympische programma tijdens de Winterspelen van Albertville.

De wedstrijden worden afgewerkt op een ovale ijsbaan met een lengte van 111,11 meter.

Zowel bij de mannen als de vrouwen staan de 500 meter, 1.000 meter en 1.500 meter op het menu. Voor vrouwen is er ook nog een 3.-000 meter aflossing, bij de mannen is dat 5.000 meter. Nieuw op deze Spelen is de 2.000 meter gemengde estafette.

In een wedstrijd komen 4 tot 6 rijders samen aan de start. Wie als eerste finisht, is de winnaar. Omdat de snelheid hoog is en de ruimtes klein, levert shorttrack vaak knappe beelden op, dankzij spectaculaire inhaalmanoeuvres.

Contact tussen schaatsers is haast onvermijdelijk, maar wel streng gereglementeerd. Zo word je bijvoorbeeld bestraft wanneer je een andere schaatser probeert te blokkeren of ten val brengt door van je lijn af te wijken. De VAR kijkt ook mee in het shorttrack. Valpartijen zijn schering en inslag in het shorttrack.

Op de Winterspelen in Peking vormt het imposante Capital Indoor Stadium het decor voor het shorttrack. Het gebouw werd opgetrokken in de jaren 60 van de vorige eeuw en heeft sindsdien al 2 keer een grondige opknapbeurt gekregen.

Tijdens de Zomerspelen van 2008 werd het olympische volleybaltoernooi hier afgewerkt. De hal biedt plaats aan zo'n 15.000 toeschouwers. Naast het shorttrack vindt ook het kunstschaatsen plaats in het Capital Indoor Stadium.

Shorttrack wordt doorgaans gedomineerd door de Aziatische landen, maar ook de VS, Canada en Nederland spreken een aardig woordje mee.

Zuid-Korea is met 48 olympische medailles, waarvan 24 gouden, de grote slokop in het shorttrack. Ook nu mogen de Koreanen weer van goud dromen, onder meer met Hwang Daehon op de 1.000 meter bij de mannen of met Lee Yubin op de 1.500 meter bij de vrouwen.

De Chinezen kijken vooral uit naar Wu Dajing, die zijn titel verdedigt op de 500 meter en Ren Ziwei, een van de favorieten op de 1.500 meter bij de mannen.

Bij onze Noorderburen rust de medaillehoop op de schouders van Suzanne Schulting, die in 2018 op de 1.000 meter voor de eerste Nederlandse gouden medaille zorgde in het shorttrack. Op het WK 2021 in Dordrecht pakte Schulting in élke race goud, al moet gezegd dat de Aziatische shorttrackers toen hun kat stuurden door de coronapandemie.

Voorts is het ook uitkijken wat de 31-jarige Arianna Fontana nog in haar mars heeft. De specialiste van de 500 meter is toe aan haar 5e Winterspelen. Op het palmares van de Italiaanse staan al 8 olympische medailles. Als ze er in Peking nog eentje bijdoet, wordt ze de meest succesvolle shorttracker ooit op de Winterspelen.

België stuurt met Stijn en Hanne Desmet broer en zus naar Peking. Allebei kenden ze een moeilijke voorbereiding op de Winterspelen.

Hanne Desmet, in 2021 nog goed voor WK-zilver op de 1.000 meter, kampte het hele seizoen met de naweeën van een zware hersenschudding, die haar evenwichtsorgaan verstoorde. Die problemen heeft ze pas de laatste weken van zich afgeschud. Ze mikt in Peking vooral op de 1.000 en de 1.500 meter.

Ook Stijn Desmet kende geen vlekkeloze aanloop. Vorige maand kampte hij nog met een infectie aan zijn linkerbeen. Het is afwachten hoe hij voor de dag zal komen in het Capital Indoor Stadium.