Op zijn 19e verloor Rode Duivel Jan Vertonghen zijn vader aan een hersentumor. Dat heeft zijn leven als jonge voetballer getekend, maar bepaalt ook zijn toekomstkeuzes, vertelt hij in De Kleedkamer.
Recordinternational bij de Rode Duivels, brons op het WK voetbal, de Champions League-finale met Tottenham. Het leven van Jan Vertonghen lijkt over rozen te lopen, maar schijn bedriegt. In 2007 verloor hij zijn vader na een lange strijd tegen kanker.
"Ik heb wel al wat meegemaakt in mijn leven", vertelt de verdediger in De Kleedkamer. "Toen ik vijf of zes jaar was, heeft mijn vader een epileptische aanval gekregen. Dat herinner ik me nog heel goed. Blijkbaar had hij een hersentumor."
"Dat ging jaren goed, maanden minder goed, jaren goed, een paar jaar minder... Ik was 19 jaar toen hij uiteindelijk is gestorven. Zoiets vreet iemand op. Ik zou het anders willen, maar het leven is wat het is."
"Eerst zou het niet lang duren voor mijn vader, ik had hem bijna niet eens gekend. Maar uiteindelijk heb ik nog goede herinneringen aan hem. Hij heeft me nog zien voetballen op het hoogste niveau in Amsterdam, we hebben samen gereisd. We hebben alles gedaan wat we wilden doen. Daar haal ik die nuchterheid uit: ik heb hem gekend, het is goed."
"Ik moet nu bepalen wat ik nog in mijn carrière wil"
Het contract van Vertonghen bij Tottenham loopt eind dit seizoen af. "Ik zit op dit moment in een proces dat ik een stuk papier moet pakken en de voor- en nadelen moet opschrijven van de opties die ik binnenkort zal hebben. Ik zal echt moeten bepalen wat ik in mijn carrière nog wil."
"Over drie vier jaar keer ik normaal gezien terug naar de plek waar ik me waarschijnlijk zal settelen. Ik moet toch gaan bedenken waar ik nog wil hebben gewoond, welke taal ik nog wil leren, in welke cultuur ik nog wil leven. En heel belangrijk: welke competities en prijzen wil ik nog winnen. Ik wil in mijn carrière nergens spijt van hebben."
"We willen nog beter doen dan op het WK"
Met 118 interlands is Vertonghen de recordinternational bij de Rode Duivels. Hij was er in 2008 al bij in de verloren halve finale op de Olympische Spelen in Peking. "Daar is de basis gelegd voor de huidige generatie Rode Duivels. Toen kwam het geloof dat we niet ver van het topniveau zaten. Twee, drie jaar later speelde de helft van de nationale ploeg in de Premier League."
"Ik speel heel graag voor de nationale ploeg. Met de huidige staf is het een plezier om voor te spelen en dat betaal je terug op het veld. We hebben zo'n goede ploeg dat wel wel ambitie moeten hebben. We willen beter doen dan op het WK (brons, red.) en dan zijn er maar twee mogelijkheden over."