Spring naar de inhoud

Waarom "valsspeler" Nero de ondergang van de Spelen inluidde en hoe ze toch terugkeerden

sporza @school

Waarom "valsspeler" Nero de ondergang van de Spelen inluidde en hoe ze toch terugkeerden
 di 17 maart 2020 13:18
stadion
Het Olympische Stadion voor de Spelen van 1896.

Deze zomer worden in Tokio de Olympische Spelen voor de 29e keer georganiseerd. Of zijn het al veel meer edities? Waarom zijn de Spelen uit de Klassieke Oudheid verdwenen en wie blies ze weer nieuw leven in? En was Leonidas van Rhodos eigenlijk geen straffere sprinter dan Usain Bolt?

De naam Olympische Spelen is afgeleid van de Griekse plaats Olympia, waar vanaf omstreeks 776 voor Christus om de 4 jaar sportwedstrijden werden georganiseerd. 

 

De wedstrijd duurde aanvankelijk maar 1 dag, maar werd later uitgebreid tot 5 dagen. In deze periode was het verboden om oorlog te voeren. Tot op vandaag dragen de Olympische Spelen de wereldvrede hoog in het vaandel.

 

Over het ontstaan van de Olympische Spelen doen verschillende verhalen de ronde. Die verhalen werden mondeling doorgegeven en hadden altijd Griekse goden en helden als hoofdrolspelers.

 

Hieronder 2 mythen over de Olympische Spelen:

De gewiekste paardenmenner Pelops

Veel Griekse mythen vertellen over de verovering of verleiding van een knappe koningsdochter, zo ook het verhaal van de prins Pelops (die overigens zijn naam gaf aan het Griekse schiereiland de Peloponnesos).

 

Pelops was verliefd op Hippodamia, maar haar strenge vader Oinomaos wou zijn dochter enkel uithuwelijken aan iemand die hem kon verslaan in het wagenrennen. Wie zou verliezen, werd onthoofd.

 

De listige Pelops wist dat hij kansloos was tegen Oinomaos, daarom verving hij de as van de wagen van de koning met was. Toen Oinomaos Pelops voorbijsnelde in de race, smolt de was en stortte de vorst te pletter.

 

Pelops trouwde met Hippodaima en stichtte de Olympische Spelen, volgens sommigen om zijn eigen triomf te vieren, volgens anderen om de dood van Oinomaos te gedenken.

Pelops
Pelops triomfeert met zijn vrouw Hippodamia.

Het "13e" werk van Herakles

Volgens de Oude Grieken was er geen grotere misdaad dan een bloedverwant (kinderen, ouders, broers of zussen) te vermoorden. Toen Herakles, de zoon van de oppergod Zeus en een prinses, in waanzin zijn eigen kinderen doodde, moest hij om zijn geweten te zuiveren 12 aartsmoeilijke opdrachten uitvoeren.

 

Een van die opdrachten was een paardenstal uitmesten, waar de stront van 3.000 runderen zich 30 jaar lang had opgestapeld. Herakles deed dit door een rivier om te buigen en door de stal te laten stromen.

 

Herakles had met koning Augias afgesproken dat hij in ruil voor zijn werk een deel van diens runderen zou krijgen, maar Augias trok zijn staart in. Herakles zou zich jaren later, nadat hij zijn 12e en laatste werk voltooid had, wreken op Augias. Nadien riep hij ter ere van zijn vader Zeus de Olympische Spelen in het leven.

Herakles
Herakles buigt de rivier om om het water door de stallen te leiden.

Hoe zagen de Olympische Spelen eruit?

Op de eerste Olympische Spelen stond enkel hardlopen op het programma. Die wedstrijd werd gehouden op een zandvlakte in Olympia, van een stadion was nog geen sprake.

 

De afstand die de deelnemers liepen, zo'n 190 meter, werd in het Grieks stadion genoemd. Beetje bij beetje werden er tribunes rond de zandvlakte gebouwd. Uiteindelijk werd het hele complex genoemd naar de afstandsmaat: stadion. Ook het woord voor een fase in een ontwikkeling, stadium, is afkomstig van deze maat. In het Engels heb je voor beide termen trouwens maar 1 woord, namelijk stadium.

 

Geleidelijk aan kwamen er meer wedstrijden op het programma. Vooral vechten was erg populair. Je had niet alleen worstelen en boksen (2 sporten die nog altijd op het olympische programma staan), maar ook de "ultieme" vechtsport pankration (letterlijk "alle krachten").

 

Alle sporten werden naakt beoefend. De atleten trainden in een gymnasion, wat Grieks is voor "plaats om naakt te zijn". We vinden het nu nog altijd terug in de betekenis van zowel een sportschool (gym) als een gewone school (gymnasium).

 

De winnaars van de verschillende onderdelen kregen niet alleen eeuwige roem, maar ook een laurierkrans. Hieraan danken we de uitdrukking "niet op zijn lauweren rusten", voor iemand die ondanks zijn succes toch blijft doorgaan.

 

Wie zeker niet op zijn lauweren bleef rusten was Leonidas van Rhodos, de Usain Bolt van de Oudheid. Hij veroverde op 4 Olympische Spelen telkens 3 titels in het hardlopen. Hij wordt beschouwd als de grootste atleet van de Klassieke Oudheid.

pankration
Naakte sporters gaan elkaar te lijf in het pankration.

Valsspelende keizer Nero luidt het einde in

Vanaf 146 voor Christus werd Griekenland overspoeld door de Romeinen. Plots kregen de Olympische Spelen een internationaal karakter, want vanuit alle uithoeken van het Romeinse Rijk deden atleten mee. Maar tegelijkertijd was dit ook het begin van het einde.

 

Dat werd pijnlijk duidelijk in 67 na Christus toen keizer Nero in hoogsteigen persoon kwam deelnemen aan het wagenrennen. Vanwege zijn bloeddorstige reputatie durfde niemand van zijn concurrenten de keizer te verslaan. Nero viel 2 keer van zijn wagen, finishte niet eens, maar werd toch tot winnaar uitgeroepen omdat al zijn tegenstanders wijselijk de strijd hadden gestaakt.

 

Hiermee waren de Spelen hun imago van zuiverheid kwijt. De populariteit nam zienderogen af en toen het christendom zijn intrede deed in het Romeinse Rijk werden de Spelen bestempeld als een heidens feest en verboden.

Nero
Keizer Nero "wint" het wagenrennen.

Pierre de Coubertin laat de Olympische Spelen herleven

In de 19e eeuw werd het idee van een internationale competitie met verschillende sporten nieuw leven ingeblazen. Een eerste aanzet werd gegeven door het Engelse plaatsje Much Wenlock, waar jaarlijks "olympische spelen" georganiseerd werden voor de lokale arbeiders. Als eerbetoon voor dit pionierswerk werd de mascotte van de Spelen van Londen 2012 Wenlock gedoopt.

 

In Griekenland had zakenman Evangelis Zappas een soortgelijk idee. Hij bouwde zelfs een stadion in Athene voor de Zappas Olympics, dat later ook zou dienst doen als stadion voor de eerste moderne Spelen.

 

Beide evenementen inspireerden de Franse baron Pierre de Coubertin. Het is dankzij zijn visie en ambitie dat "zijn" Olympische Spelen in tegenstelling tot die van zijn voorgangers zouden uitgroeien tot het grootste sportevenement ter wereld.

 

De Coubertin ontvouwde zijn plannen op een congres in Parijs, in 1894, in aanwezigheid van sportbonden uit 11 landen. Er was wat discussie waar en wanneer de eerste moderne Olympische Spelen zouden plaatsvinden - moest het Londen of Parijs worden? - maar uiteindelijk werd gekozen voor een eerste editie in Athene, in 1896.

De Coubertin
Postzegel ter ere van Pierre de Coubertin

Hoe zagen de eerste moderne Spelen eruit?

Ondanks de grote ambitie van Pierre de Coubertin waren de eerste moderne Olympische Spelen nog behoorlijk kleinschalig. De Griekse delegatie was met 169 deelnemers veruit de grootste, al was er van delegaties of nationale teams nauwelijks sprake. Het was meer een bont allegaartje van sporters.

 

Na de Grieken waren de Duitsers het talrijkst, weliswaar met amper 19 atleten. De Amerikanen kwamen met 14 sporters naar Athene, Frankrijk had er 12. België ging aanvankelijk ook een delegatie sturen, maar haakte op het laatste moment af.

 

Alle deelnemers waren mannen, omdat Pierre de Coubertin geen vrouwen wou toelaten. "Hun deelname zou onpraktisch, oninteressant, onaantrekkelijk en onjuist zijn", waren zijn legendarische woorden.

Deelname van vrouwen aan de Spelen zou onpraktisch, oninteressant, onaantrekkelijk en onjuist zijn.

Pierre de Coubertin

Waar De Coubertin wél oren naar had was het idee van zijn landgenoot Michel Bréal om een héél lange loopwedstrijd te organiseren. Bréal was gefascineerd door de Griekse mythe van de boodschapper Pheidippides, die na de Slag bij Marathon van Marathon naar Athene liep om de zege van de Grieken te verkondigen. Toen hij aankwam, viel hij dood neer.

 

Op de eerste Spelen werd ook effectief van Marathon naar Athene gelopen, een afstand van iets meer dan 40 kilometer. Pas jaren later zou de marathon 42,195 km als officiële afstand krijgen.

 

De eerste winnaar van de allereerste marathon werd de Griekse waterdrager (in de letterlijke betekenis, dat was vroeger een echt beroep) Spyridon Louis. Hij liep de afstand in iets minder dan 3 uur, een tijd waar veel amateurlopers nu nog jaloers op zouden zijn. Spyridon Louis werd vereeuwigd in de naam van het stadion van de Olympische Spelen van Athene in 2004.

Beelden van de allereerste moderne Olympische Spelen

De olympische idealen: wat blijft er nog van over?

Zoals je hierboven al kon lezen was het tijdens de Olympische Spelen in de Oudheid verboden om oorlog te voeren. Dat ideaal van wereldvrede sprak Pierre de Coubertin ook wel aan.

 

Eind 19e eeuw, enkele jaren voor de Eerste Wereldoorlog dus, begonnen steeds meer landen met hun spierballen te rollen naar elkaar. De Coubertin hoopte dat de mensen meer begrip zouden krijgen voor andere culturen als ze er wat meer mee zouden kennismaken, bijvoorbeeld door sporters van verschillende landen samen te brengen.

 

Ironisch is wel dat de Olympische Spelen met de jaren het nationalisme juist zouden aanwakkeren en het tegenwoordig bijna een hoogmis van patriottisme (= overdreven vaderlandsliefde) is geworden.

 

"Meedoen is belangrijker dan winnen" wordt ook wel eens als olympisch ideaal genoemd. Pierre de Coubertin vond inderdaad dat het gevecht met jezelf belangrijker is dan dat met de anderen.

 

Om dit extra in de verf te zetten riep het Internationaal Olympisch Comité (IOC) in 1964 de Pierre de Coubertin-medaille in het leven, voor iemand die dit ideaal van sportiviteit hoog in het vaandel draagt. De Duitser Lutz Long kreeg de eerste medaille. Hij riskeerde de toorn van Adolf Hitler door de zwarte Amerikaan Jesse Owens openlijk te omarmen en aan te moedigen. De twee zouden vrienden voor het leven worden.

Long en Owens
De blanke Lutz Long en de zwarte Jesse Owens, tegenstanders in het verspringen maar vrienden voor het leven.