Wie naar het vrouwenveldrijden kijkt, wordt overstelpt met nieuwe namen. Van Anrooij, Betsema, Alvarado, Nagengast, Van der Heijden... Geen enkele draagt de Belgische nationaliteit, het zijn allemaal "oranje" vrouwen. Paul Herygers stelt het nieuwe Nederlandse geweld voor.
Shirin van Anrooij (16)
Ze is nog piepjong, maar heeft zoveel kwaliteiten. Van Anrooij doet aan atletiek, triatlon, duatlon en veldrijden. Dit jaar alleen al won ze goud op het Nederlands atletiekkampioenschap op de 1.500 meter, goud op het Nederlands kampioenschap veldrijden, zilver op het WK duatlon en zilver op het WK offroad-triatlon.
Als Van Anrooij kiest voor het veldrijden, zal ze een vaste waarde worden. Ze loopt als een hinde en ze kan door de pijngrens gaan. Haar coach Marc Herremans voorspelt dat de 16-jarige Nederlandse dit seizoen al in beeld zal rijden in zware veldritten zoals de Koppenbergcross.
Denise Betsema (25)
Betsema is een verhaal apart. Ze woont in Texel, op het grootste Waddeneiland van Nederland. Daardoor moet ze iedere keer de boot op om te kunnen crossen.
Dit seizoen heeft Betsema al 3 crossen op een rij gewonnen: Poprad, Lutterbach en Aigle. Op het hoogste niveau in Gieten werd ze meteen 6e. En dan moet je nog weten dat Betsema meestal op de 5e rij start in grote crossen, want ze staat maar 48e op de UCI-ranking.
Betsema is trouwens een crossende mama. Ze heeft 2 kindjes: Jukka en
Wolf. Maar van die zwangerschapskilo's is niets meer te zien. Nog een leuk weetje: ze heeft meegewerkt aan een programma op de Nederlandse televisie. Ze is multigetalenteerd.
Ceylin del Carmen Alvarado (20)
Haar roots liggen in de Dominicaanse Republiek. In 2016 is Alvarado naar de Kempen gehaald, naar het team “Kleur op maat”. Sinds dit jaar zit ze in het team van de broers Roodhooft, waar ze volledig openbloeit. Alvarado is vinnig en heel sterk op omlopen waar je minder power nodig hebt.
Fleur Nagengast (20)
Ook zij is heel getalenteerd. Nagengast kan trouwens ook op de weg rijden. Op het Nederlands kampioenschap ging dat kleine Fleurtje Nagengast de laatste ronde in met Marianne Vos. En het niveau van het vrouwenwielrennen in Nederland is heel hoog. Als je de finale kan kleuren van zo’n wedstrijd, dan heb je potentieel.
Een meer vertrouwde naam die een stap heeft gezet: Annemarie Worst (22)
Worst kennen we natuurlijk al langer. Vorig jaar zat ze op haar knieën, het was om medelijden mee te krijgen. Nu lijkt ze wel een grote stap gezet te hebben, want vorig weekend won ze nog met een ruime bonus in Gieten.
Worst kan alles: in het zand rijden, bergop rijden en afdalen. Als je uit het mountainbiken komt zoals Worst, rijd je naar beneden als geen ander. Ze zal zeker meespelen in de klassementen.
Puck Pieterse (16)
16 jaar jong en een talent dat ze nog maar amper meegemaakt hebben in Nederland. Ze springt over balken als de mannelijke profs. Ik heb haar naam genoteerd in mijn boekje. Ik wil weten wat er van haar zal terechtkomen.
Nederland versus België
Het talent in Nederland blijft langs alle kanten komen. Een van de verklaringen daarvan zijn de vele veldritten die georganiseerd worden voor de vrouwelijke jeugd. Daar staat een heel peloton aan de start, met 40 à 50 deelnemers. Zo heeft Nederland een enorme vijver waaruit het kan vissen.
In België is het daarentegen wachten op talent. Als je kijkt naar de leeftijden van Loes Sels (33) en Ellen Van Loy (38)... Loes Sels vliegt momenteel wel, ze staat scherper en is strakker geworden. Sels wil nog enkele jaren meestrijden. Maar jonge opkomende talenten... die ik zie ik momenteel niet.
In de Wereldbekercrossen zie ik Nederland 5 vrouwen in de top 10 plaatsen. Dat is fenomenaal. In België hebben we dat nog nooit voor mekaar gekregen. En over 2 jaar zullen de uitslagen in het vrouwenveldrijden nog meer oranje kleuren door het talent dat zich nu aan het ontwikkelen is.