Rit 4: Seraing-Cambrai

Net als gisteren had een van de Tour-Belgen zin om de vlucht van de dag kleur te geven: Thomas De Gendt stortte zich al snel in het avontuur en kreeg het gezelschap van Westra, Brun en Quéméneur.

Op weg naar Cambrai vulde De Gendt ook de koffer met prijzengeld van Lotto-Soudal: hij kwam als eerste boven op de Citadel van Namen, de enige beklimming van de dag, en veroverde ook de volle buit bij de tussensprint.

Het peloton wist maar al te goed dat het pas op 50 kilometer van de aankomst echt op de afspraak moest zijn. Het speelde wat met de voeten van De Gendt en co en concentreerde zich zoetjesaan op de stormloop richting de 6 kasseistroken in de slotfase van de etappe.

Op 40 kilometer van de aankomst werd het leiderskwartet netjes opgepeuzeld, net voor het begin van de finale.

De zenuwen stonden erg strak gespannen op de eerste kasseistroken, maar tot echte schermutselingen kwam het niet. Pech trok wel een streep door de kansen van onder meer Daniel Martin, Kristoff, Boom en Pinot, maar de echte favorieten hadden zich niet laten verrassen.

De goeie weersomstandigheden zorgden voor een heel ander koersverhaal dan vorig jaar. Nibali toonde wel opnieuw zijn klasse op de stenen, terwijl de motor van Froome en Contador toch af en toe haperde.

Van de echte kasseivreters nestelde Vanmarcke zich af en toe op kop, maar op de vaak hellende kasseistroken kon hij niet wegsnellen van de andere kleppers. Bovendien reed Vanmarcke lek, maar met Tony Martin - ook een slachtoffer - kon hij net voor de laatste strook weer aansluiten.

Op de slotstrook ontbond Stybar zijn duivels, onder meer Nibali, Froome, Valverde, Degenkolb en Van Avermaet haakten hun wagonnetje aan. Maar de manschappen van Contador reden het gaatje dicht.

Cavendish, Degenkolb, Sagan en Bouhanni waren de snelle mannen die de schifting overleefd hadden. Maar op 3 km van de aankomst demarreerde Tony Martin, nota bene op de fiets van ploegmaat Trentin. De sprintersploegen pokerden te lang en zagen Martin niet meer terug. Degenkolb werd tweede op drie seconden, Sagan derde en Van Avermaet vierde.