Alleskunner Tom Pidcock heerst op Alpe d'Huez, leider Vingegaard komt niet in de problemen

De twaalfde rit van de Ronde van Frankrijk stond te boek als de koninginnenetappe, maar na het spektakel van gisteren was het snel duidelijk dat er vandaag iets terughoudender gekoerst ging worden.

Een groepje met Kobe Goossens kon vroeg in de etappe wegrijden. Enkele tegenaanvallers wisten de kloof nog te dichten waardoor we uiteindelijk een kopgroep van negen renners kregen.

Vooral de manier waarop Tom Pidcock en Chris Froome de sprong naar voren maakten was indrukwekkend. Pidcock dook als een schicht de afdaling van de Galibier in en nam viervoudig Tourwinnaar Froome mee in zijn zog richting kopgroep.

Op de Croix de Fer - de langste col van deze Tour - bleven de betere klimmers vooraan over. Pidcock, Froome, Powless, Ciccone en Meintjes werkten goed samen en trokken met een voorsprong van een zestal minuten op het peloton richting Alpe d'Huez.

In het peloton controleerde Jumbo-Visma de boel. De rolverdeling was duidelijk en een voor een deden de knechten van Jonas Vingegaard hun duit in het zakje. Ook groene trui Wout van Aert deed meer dan zijn job.

De koplopers mochten uitmaken wie met de ritzege ging lopen. Meintjes versnelde voorzichtig, maar het was Pidcock die met de eerste echte aanval bewees dat hij de sterkste was.

Meintjes en Froome probeerden aan te klampen, maar het supertalent van Ineos bleek te sterk en snelde naar zijn eerste Tour-ritzege. Meintjes was een mooie tweede, Froome een verrassende derde.

In de groep der favorieten hield Jumbo het tempo hoog. Romain Bardet en Nairo Quintana moesten al snel afhaken. Pogacar was als enige niet afgeschrikt en deed wat hij beloofd had: aanvallen. 

Gele trui Vingegaard was sterk en remonteerde telkens schijnbaar probleemloos. De twee kemphanen sprintten uiteindelijk wiel aan wiel over de meet.