Met de Classic Brugge-De Panne is het uitkijken naar de crème de la crème van het sprintersgeweld. Cocommentator Sven Vanthourenhout wikt en weegt de topsprinters.
Met Tim Merlier, Jasper Philipsen en Jonathan Milan staat vandaag de absolute sprinttop aan de start van de Classic Brugge-De Panne.
"Dat zijn de mannen die altijd drie sterren achter hun naam krijgen bij een wedstrijd die op een sprint kan eindigen", weet ex-bondscoach en vandaag cocommentator Sven Vanthourenhout.
Het zijn drie topsprinters, maar elk met hun eigen kwaliteiten.
"De grootste kwaliteit van Merlier is dat hij niet veel volk nodig heeft. Hij kan zijn loods Bert Van Lerberghe blindelings vertrouwen en kan perfect inspelen op de situatie. Merlier kan eigenlijk vanuit heel veel posities winnen."
"Philipsen heeft dan weer wel mensen nodig die hem op snelheid kunnen brengen en die ruimte creëren voor hem, wat niet altijd evident is. Daarvoor kan hij rekenen op Rickaert en Ghys."
"Soms mist Philipsen vertrouwen om aan te gaan, maar dat is voor niets nodig. Hij is een sprinter van wereldniveau."
Alleen draagt Philipsen nog altijd sporen van zijn val in Nokere. "De manier waarop er in Sanremo gekoerst werd, was voor Jasper niet ideaal. Maar we zijn weer enkele dagen verder en de ploeg zal hem wel goed opgevolgd hebben."
Jasper Philipsen is een mix van Tim Merlier en Jonathan Milan.
Dan komen we bij nummer drie uit: de Italiaanse bonk Jonathan Milan. "Hij kijkt altijd zeer nerveus rond zich heen en heeft altijd ruimte nodig."
"Daardoor verliest hij energie. Maar puur op maximaal vermogen en sterkte is hij de betere van Tim en Jasper."
Milan is dus de sterkste, terwijl Merlier de snelste is. "En Philipsen is een mix van de twee. Hij kan op een geaccidenteerd parcours net meer overleven dan Merlier en Milan, al heeft hij misschien niet de pure topsnelheid of aanzet van Merlier en de maximale waarde van Milan."
Een winnaar valt dus nog niet te voorspellen. Ook de aankomst zal een cruciale rol spelen.
"Het wordt een kwestie van goede timing, met de juiste mannen op de juiste plaats. Ze hebben alle drie de benen om te winnen in Brugge-De Panne. Merlier steekt er op basis van statistieken bovenuit, maar eigenlijk kunnen ze alle drie winnen."
Outsiders genoeg
Wie komt er volgens Vanthourenhout het dichtst in de buurt van de "grote drie"?
"Volgens mij zijn dat Olav Kooij, Dylan Groenewegen en Søren Wærenskjold.
Kooij is nog jong en benadert die 3 het dichtste. Hij zal zich sowieso nog verder ontwikkelen en sprints winnen van die mannen. Maar geen 8 op de 10, al zijn er altijd wel mogelijkheden."
Er staan ook nog 3 snelle Belgen aan de start in Brugge met Milan Fretin, Gerben Thijssen en Arnaud De Lie.
"Fretin is een goeie, jonge coureur. Zijn ritoverwinning in de Algarve was fenomenaal sterk. Het is straf als je dat kan. Maar er is nu zo'n groot verwachtingspatroon rond hem gecreëerd. Dat maakt het niet makkelijker voor hem."
We moeten Milan Fretin vooral tijd gunnen.
"Fretins uitslagen zijn best oké. Maar we moeten hem vooral tijd gunnen. Binnen 2 of 3 jaar zullen koersen als Le Samyn, Nokere Koerse en Kuurne-Brussel-Kuurne binnen zijn terrein gaan passen als kandidaat-winnaar."
"Thijssen kende al pech en was betrokken in een valpartij. Dan draag je die sporen mee. Het is zeker niet makkelijk om te scoren in het voorjaar tegen de absolute wereldtop. Later op het seizoen zal hij op zijn terrein wel weer aan bod komen."
"En De Lie kende nog geen geslaagde campagne. Hij is wel het type renner dat een sprint zoals in Nokere Koerse op termijn niet meer zou mogen verliezen."
"De Panne is nu niet meteen een geknipte finish voor hem. De top 5 zou mooi zijn voor De Lie."