In 2017 was hij nog een van de smaakmakers tijdens de Tour de France, vandaag is Frederik Backaert (33) niet meer op de fiets, maar wel in de stal te vinden. Backaert stopte in 2021 met koersen en nam de boerderij van zijn ouders over. "Ik keer niet meer terug naar de wielerwereld, het is goed geweest zoals het was."
U kent hem vast nog, de sympathieke en aanvalslustige 'rossekop' die tijdens de Tour de France van 2017 met een koolblad in de helm rondreed om zich tegen de brandende zon te beschermen.
Eerder dat jaar werd Frederik Backaert 11e in de Omloop Het Nieuwsblad, 5e in de GP Le Samyn en kreeg hij een belangrijke rol in de voorjaarsklassiekers. De 27-jarige Oost-Vlaming leek op dat moment nog een lange toekomst in het peloton voor zich te hebben.
Maar op zijn 31e besloot "Backie" al om te stoppen met koersen en zich te focussen op een loopbaan als melkboer.
Daar heeft hij tot dusver nog geen moment spijt van gehad, een comeback in het peloton behoort dan ook niet tot zijn plannen:
"In de wielerwereld zie je me niet meer terug. Het is goed geweest zoals het was. Ik ben tevreden met wat ik heb meegemaakt."
"Focus nooit volledig op de koers"
Backaert omschrijft zichzelf als een renner die niet snel was, en te groot en te zwaar was om een goede klimmer te zijn.
Toch behaalde hij 1 profoverwinning, een rit in de Ronde van Oostenrijk, en enkele mooie ereplaatsen zoals een 3e plaats in een etappe in de Dauphiné.
Heeft de Oost-Vlaming dan het maximale uit zijn carrière kunnen halen?
Ik wist al op voorhand dat ik nooit mijn top zou bereiken. Daarvoor heeft de boerderij altijd een te grote rol in mijn leven gespeeld.
Daar zegt hij zelf volmondig nee op:
"Maar ik wist eigenlijk al op voorhand dat het nooit zou lukken. De boerderij heeft altijd een grote rol in mijn leven gespeeld en daardoor heb ik me nooit volledig op het wielrennen kunnen focussen."
Tijdens zijn loopbaan als wielrenner maakte Backaert dagelijks zijn handen vuil op de boerderij van zijn ouders, terwijl andere renners extra trainingen of rustperiodes inlasten.
's Morgens hield Backaert steeds tijd vrij om te trainen, maar 's avonds hielp hij steevast met het melken van de koeien. Daarvoor liet hij vooral rustperiodes naast zich liggen:
"In de namiddag rustte ik wel een beetje uit, maar je kan toch geen hele dag rusten als je ouders aan het werk zijn in de boerderij", geeft Backaert toe.
"Boerenleven harder dan koersleven"
Nu werkt de ex-renner fulltime in de boerderij, ook al omdat zijn ouders noodgedwongen moesten stoppen. Zijn vader is sinds december ziek en lijdt aan leukemie, Backaert is zijn stamceldonor.
Daardoor is hij nu 24 op 24 aan het werk in de stallen. Zijn laatste vrije dag dateert alweer van een jaar geleden.
"Dat was mijn enige vrije dag sinds ik gestopt ben met wielrennen. Je moet er immers 24 uur per dag staan voor je beesten, en dan heb je geen vrije tijd meer."
"Het boerenleven is toch een beetje harder dan het koersleven", besluit Backaert.
Rust tussen de dieren
Terwijl hij zijn koeien voedert, maakt Backaert een kwinkslag naar zijn koersleven: "Dat is wat de renners krijgen in de Tour", lacht hij, met een grote emmer voedsel in zijn handen.
Backaert reed 2 keer de Tour de France, in 2017 en 2019. Vooral bij zijn eerste deelname maakte hij indruk, toen hij meermaals de vlucht van de dag kleurde.
Na al de publiciteit in de Tour was het leuk om terug in de stal te zijn. De mensen zijn altijd aan het praten, de dieren zwijgen.
Hij werd toen een publiekslieveling dankzij zijn eerlijke en vaak grappige interviews.
Backaert genoot van al die aandacht, maar had na 3 weken Tour toch vooral nood aan rust.
En die vond hij, u raadt het al, op de boerderij.
"Het was plezant om weer gewoon in de stal te zijn en bij de dieren te zitten. De mensen zijn altijd maar aan het praten en het praten."
"Maar de dieren zeggen natuurlijk niks en gaven me op die manier de rust waar ik op dat moment naar snakte."
Of hoe de liefde voor de dieren en de boerderij, zelfs tijdens zijn wielercarrière, steeds aanwezig was.