Vanavond kiest het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC) een nieuwe voorzitter. Pierre-Olivier Beckers houdt het na 4 ambtstermijnen voor bekeken. Twee ex-topsporters staan te popelen om zijn schoenen te vullen: tafeltennisser Jean-Michel Saive (51) en judoka Heidi Rakels (53). Wie zijn de 2 kandidaat-voorzitters en hoe zien zij de Belgische olympische toekomst?
De beide kandidaten hebben een verleden als olympische topsporter. Jean-Michel Saive zette pas in het voorjaar van 2019 een definitief punt achter zijn loopbaan als tafeltennisser.
De ex-nummer 1 van de wereld stopte eind 2015 al met internationale toernooien, maar bleef nadien nog enkele seizoenen actief op Belgisch niveau bij het Brusselse team Logis Oudergem.
Saive nam tussen 1988 en 2012 7 keer op een rij deel aan de Olympische Spelen, goed voor een Belgisch record. Tussen februari 1994 en april 1996 stond hij bijna 2 jaar op de nummer 1 op de wereldranglijst.
Saive schreef in 1994 ook de titel van Europees kampioen achter zijn naam, in 1993 werd hij vicewereldkampioen. Saive is vicevoorzitter van het BOIC en zetelt in een atletencommissie van het Internationaal Olympisch Comité (IOC).
Ook Heidi Rakels was lang actief op het hoogste niveau en kan mooie adelbrieven voorleggen als atlete.
Rakels pakte verschillende zilveren en bronzen plakken op Europese kampioenschappen, maar haar bronzen medaille op de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona blijft de parel op haar palmares. In Sydney 2000 nam ze ook deel en eindigde ze vijfde.
De 11-voudige Belgische kampioene zette in 2004 een punt achter haar carrière. De burgerlijk ingenieur computerwetenschappen liet haar ondernemingsdrang de vrije loop en ging aan de slag als CEO van haar eigen technologiebedrijf.
Ze gaf in 2019 de fakkel door, maar eerst kreeg ze nog de titel "ICT Woman of the Year".
Jaren na hun topsportcarrière willen Saive en Rakels - al dan niet via omwegen - een bestuurlijke rol opnemen in de sport.
En niet zomaar één: voorzitter worden van het BOIC is het doel. Daarvoor stellen de kandidaten een beleidsplan op. Wij pikken er voor u de belangrijkste punten uit.
1. De focus
"De atleten moeten centraal staan", klink het unaniem bij beide kanshebbers.
“Maar een topsporter staat nooit alleen: zijn entourage is cruciaal voor zijn moreel, evenwicht en training", gaat Saive verder. Daarom wil hij binnen het BOIC een commissie oprichten met de focus op de entourage van de sporters.
"Het BOIC moet dichter bij de federaties staan." Ook op projecten die de jeugd ondersteunen, zoals Be Gold, wil de ex-tafeltennisser maximaal inzetten.
“Het BOIC is er voor de atleten, niet voor het eigen prestige", is Rakels van mening. "Het geld moet voornamelijk gaan naar de topsporters en de federaties. Als het BOIC moet verhuizen naar een nieuw gebouw, mag dat niet waanzinnig veel geld kosten."
"Verder moet de atleet centraal staan bij elke kleine beslissing, bij alles wat je doet. Dat moet de cultuur worden. Het BOIC is er ten dienste van de atleten en de federaties, niet andersom.”
Het BOIC moet dichter bij de sporters, hun entourage en de federaties staan.
2. Het doel
"Het is mijn doel op termijn één medaille per miljoen inwoners op de Olympische Spelen te halen", zegt de 53-jarige Rakels ambitieus. "Voor België komt dat dus neer op 11 medailles."
"De gouden medailles in het turnen, de zevenkamp en van de hockeymannen tonen aan dat ons land het kan in individuele en in ploegsporten. Die modellen moeten we kopiëren in andere sporten."
De ex-judoka wil meer geld naar die topsportprojecten halen. "In 5 jaar wil ik de jaarlijkse hoeveelheid middelen daarvoor met 10 miljoen euro verhogen. Dat extra geld wil ik vooral in de bedrijfswereld halen niet zomaar door normale sponsoring, maar door een "return on investment".
Dan is Saive net iets voorzichtiger in zijn uitspraken: “Om de wereldtop te bereiken - lees: de top 8 op de Olympische Spelen - moet er meer uitwisseling komen met de coaches.”
"Atleten hebben nood aan steun, aanmoediging en omkadering om het beste van zichzelf te geven in de beste omstandigheden."
Saive richt zich ook tot de bedrijven en onderstreept het “uitzonderlijk potentieel” van het merk Team Belgium, dat hij verder wil uitbouwen om nog meer Belgische sporters naar de top te helpen. "Na de successen van Tokio is het momentum daar richting Parijs 2024."
Het is mijn doel op termijn één medaille per miljoen inwoners op de Olympische Spelen te halen.
3. Ervaring
De 51-jarige Saive heeft binnen het BOIC al heel wat ervaring. Sinds 2009 is hij bestuurslid bij het comité, vanaf 2017 voert hij de functie van vicevoorzitter uit. Tussen 2013 en 2017 was hij ook voorzitter van de Atletencommissie van het BOIC.
Toch is Rakels - vooruitgeschoven door de nationale judofederatie - niet onder de indruk van zijn cv. "Als ik vond dat ik een slechter cv had dan hij, had ik me geen kandidaat gesteld", deelt ze.
Haar ervaring deed de bronzen medaille van Barcelona vooral op in de bedrijfswereld. Als CEO van haar succesvol technologiebedrijf weet de ex-judoka perfect hoe ze moet "vechten en ploeteren voor haar plek".
Gendergelijkheid vindt ze ook belangrijk. "Het wordt tijd voor meer vrouwen in topfuncties in de sport. Maar ik wil niet dat ze op mij stemmen omdat ik een vrouw ben. Ze moeten op mij stemmen omdat ik de beste kandidate ben."