Belgische jumpingruiters moe maar voldaan: "Dragen medaille op aan het hele land"

Met het nodige geluk eindigden Pieter Devos, Jérôme Guery en Gregory Wathelet in extremis nog derde in de teamcompetitie. Na twee weigeringen van het laatste paard viel Frankrijk nog helemaal weg bovenaan de stand. Een Frans drama, maar Belgische glorie.

"Dankzij de inspanningen van veel mensen hebben we in Tokio geschiedenis mogen en kunnen schrijven", zei een stralende Devos. "Wij moeten alle weken aan de bak op het allerhoogste niveau, maar de Olympische Spelen zijn nog van een totaal andere dimensie."

"De Spelen zuigen je mentaal leeg. Onvoorstelbaar als je het nog nooit meegemaakt hebt. Ik snak naar rust, maar volgend weekend moet ik alweer zadelen voor de Global Champions Tour van Londen", vulde Devos aan.

Tijdens de huldigingsceremonie benadrukte Devos ook nog eens het belang van de teamspirit binnen het Belgische team. "Wij hebben met vier gewonnen", verwees de ruiter naar vierde man Niels Bruynseels. 

"Wij zijn wekelijks elkaars trainer op wedstrijden op het allerhoogste niveau. Dat creëert een band. Elkaar helpen zit bij ieder van ons in het DNA."  

Ook Gregory Wathelet sloot zich aan bij Devos en onderstreepte het belang van een goede groepssfeer binnen het team. "De vele goede resultaten in het laatste decennium hebben onze vriendschapsbanden alleen maar versterkt."

"Wij zijn samen opgeklommen naar dit niveau en bovendien zijn de leeftijdsverschillen niet van die aard dat er sprake kan zijn van een generatiekloof", legde Wathelet uit.

"Ieder van ons kent zijn plaats en zijn kwaliteiten", vulde Niels Bruynseels aan. "Wij hebben het volste respect voor elkaar en het volste vertrouwen in elkaars capaciteiten."

"Dat is de reden waarom ik van oordeel was dat ik beter kon stoppen na mijn ongelukkige eerste ronde in Tokio. Het ploegbelang gaat boven het individuele. In ieder geval ga ik er alles aan doen om in 2024 van Parijs terug te keren met een olympische medaille."