Ga naar de inhoud

Tovenaar, crapuultje en fysiek beest: dit maakt van Red Lions een unieke succesmix

 wo 4 augustus 2021 20:28

"Geen team vol sterren, wel een sterrenteam", is hoe Shane McLeod zijn ploeg beschrijft. Tegen Australië wordt het alles of niets voor de Red Lions. Wie zijn onze Belgische hockeyhelden? Hockeycommentator en ex-Red Lion Manu Leroy gidst u - van aanval tot verdediging - door de (gouden?) selectie.

Tom Boon: "lui" toptalent

"Tom is een speciaal geval", laat commentator Manu Leroy optekenen. Als jeugdproduct werd Boon al aangekondigd als toptalent, een wereldspits die veel goals scoort. Er was maar één manco: achter een bal hollen, zat er niet in.

 

Zijn talent bleef niet onopgemerkt aan de andere kant van de wereld. Een ploeg in de Hockey India League - een competitie waar topspelers geveild worden - hing in 2014 een prijskaartje van maar liefst 82.000 euro rond zijn nek.

 

Boon groeide uit zijn jeugdige onbezonnenheid en liet zijn titel als grote vedette bij de Belgen varen. Hij ging op in het team van harde werkers. Met een strakke strafcorner en een flukse dribbel, blijft zijn meerwaarde voor het team ontegensprekelijk groot.

Cédric Charlier: fysiek beest

Cédric Charlier werd lang gezien als een leuke hockeyer voor het Belgische niveau. Daar zat zijn gezellige persoonlijkheid voor iets tussen. Charlier nam lang vrede met die stempel, tot hij de knop omdraaide en de fitness dagelijks bezocht.

 

De aangename jongen werd een fysiek beest op het veld. Dat beest had trek in een titel. Die bleef uit bij zijn club Racing Brussel. "Als je de titel wilt, moet je naar Dragon gaan", werd hem met een knipoog meegedeeld.

 

Dat advies nam Charlier ter harte. In zijn tweede jaar bij de club vierde hij de titel in de Belgische eerste klasse. Opdracht volbracht... en dus keert de sterke bink terug naar de club van zijn hart.

Antoine Kina: gracieuze dribbelaar

Zoon van Pascal Kina, een bescheiden hockeyer bekend voor zijn houthakkersstijl. Antoine is qua speler het tegenovergestelde. De titel van meest gracieuze speler bij de Belgen heeft Kina al op zak, met dank aan zijn stijl: mooi rechtop en oog voor het speelveld.


De jonge middenvelder kwam in de ploeg op het WK in 2018. Hij verloor nauwelijks een bal en dus was zijn plaatsje in de selectie ook verzekerd. "Hij neemt het topniveau van de Lions zonder problemen op", zegt Leroy lovend.

Thomas Briels: "halve Hollander"

Een talentvolle jonkie en een pionier. Thomas Briels was een van de eersten die de stap zette naar de Nederlandse competitie. Leroy noemt zijn oude ploegmakker dan ook een "halve Hollander". 

 

Het 33-jarige clubicoon van Oranje-Rood - de ploeg uit Eindhoven - doet al mee aan de top sinds de Spelen in Peking. Tokio is dus zijn vierde olympische hockeytoernooi. 

 

Daar begon de onfortuinlijke Briels als reservespeler. Een klap die hij even moest verwerken, maar ondertussen kwam de ervaren rot al zes keer in actie. De halve Hollander wil nu een unieke carrière bekronen met een gouden medaille.

Sébastien Dockier: stille werkkracht

Actief bij de Nederlandse club Pinoké, waar Dockier bekend staat als harde werker. De 31-jarige speler is danig een stille kracht, dat hij vaak over het hoofd gezien wordt. 

 

Sébastien Dockier probeert niet al te veel op te vallen. Wel pikt hij zijn goaltjes mee. In 69 interlands duwde hij al 23 doelpunten in het doel, stuk voor stuk veldgoals.

Florent Van Aubel: tovenaar met een hockeystick

Een fenomeen. Een tovenaar. De superlatieven spaart niemand voor Florent Van Aubel. "Aan de bal in de kleine ruimte is hij zonder twijfel de beste speler van de wereld."


De stempel gepatenteerde doelpuntenmaker draagt Van Aubel nog niet. Wel beschikt hij over een meesterlijke controle. "Je mag hem een botsende bal geven, hij krijgt er zijn stick wel achter", verzekert Manu Leroy. "Intrinsiek is hij misschien de beste speler van de Lions."

Victor Wegnez: Molenbeekse ket

Opgevoed door een alleenstaande moeder in Molenbeek. Al snel vond Victor Wegnez zijn gading in het hockey. Bij zijn club in Molenbeek ontbolsterde hij, al bleef zijn reputatie als "crapuuletje" nooit ver weg.

Fysiek heeft hij alles: snelheid, balbehandeling en een eindeloos uithoudingsvermogen om de lijnen te breken. 

 

Mentaal leerde hij harde lessen. Zijn gemekker bij de scheidsrechter leverde hem geregeld kaarten op. "Maar ook op dat vlak maakte hij een stormachtige evolutie. Het is een waanzinnige speler waar we nog veel plezier aan zullen beleven", besluit Leroy.

Simon Gougnard: wereldster op het middenveld

Een wereldster is hij net niet, maar op het middenveld hoort Gougnard wel bij de wereldtop. Fysiek ijzersterk, vlotte dribbel en kan meters blijven malen. Alle basisingrediënten voor een complete hockeyer.

 

Op WK in 2018 vertrok Gougnard met de gedachte dat zijn vader hem ieder moment kon verlaten. Toen het droevige nieuws ter ore kwam, draaide de sterspeler een knop om.

 

Het toernooi stond voortaan in het teken van zijn vader. Het gaf niet enkel Gougnard, maar alle Lions een boost. De Belgen triomfeerden en eerden papa Gougnard op de mooist mogelijke manier: met een wereldtitel op zak.

Félix Denayer: het tactische brein

De surprise du chef in Peking. Félix Denayer is het brein van de ploeg die voor evenwicht zorgt op het middenveld. Als een robot scant hij het terrein en neemt hij steevast de beste positie in.

 

Niet alleen op het veld denkt Denayer veel na, ook als ondernemer komt zijn tactisch inzicht goed van pas. Hij lanceerde een eigen hockeymerk "Naked", een investering voor de toekomst. 

 

De vlaggendrager in Tokio is ook de kapitein van de Lions. Die band draagt de familieman met gemengde gevoelens. Thomas Briels was de voorbije jaren aanvoerder bij de Belgen, als reservespeler was dat geen optie. Denayer nam - zoals altijd - zijn verantwoordelijkheid, maar gunde zijn maatje de band van harte.

John-John Dohmen: recordinternational en krullenbol

Iedereen herkent John-John Dohmen tegenwoordig aan zijn kortgeschoren kapsel. Wat als we u vertelden dat Dohmen vroeger een weelderige haardos had? De middenvelder van de Lions pronkte in zijn jonge jaren zowaar met een stevige krullenbol.

 

De recordinternational maakte de opgang van de Lions van dichtbij mee. Dohmen is onvermoeibaar. Een belangrijke factor op het middenveld: de ervaren speler bewaart het evenwicht in een ploeg die bol staat van offensief geweld.

Augustin Meurmans: geduldige belofte

Even geduld oefenen. Dat is de boodschap Augustin Meurmans. De jonge middenvelder moet afrekenen met moordende concurrentie op het middenveld. Als nieuwkomer in de ploeg moet hij zijn strepen nog verdienen.


"Hij is niet de man die de actie gaat maken", zegt onze commentator. "Hij moet op zijn kans wachten. Zijn niveau is zeker hoog genoeg, Meurmans heeft alleen de pech dat er een paar wereldtoppers voor hem staan in de pikorde."

Arthur Van Doren: One in a lifetime-speler

Nervositeit? Een gevoel dat tweevoudig Wereldspeler van het Jaar Arthur Van Doren nog nooit voelde. Op 17-jarige leeftijd besliste hij al finales in de Belgische eerste klasse. Druk en verwachtingen deren de aanvaller nauwelijks. 


Ook op het veld is hij niet snel onder de indruk van de omstandigheden. "Je mag hem nog zoveel onder druk zetten als je wilt, Van Doren zal wel een oplossing vinden." Hij ziet het allemaal. Ziet hij zichzelf ook al met een gouden medaille op donderdag?

Gauthier Boccard: ploegdienaar

Als jonkie was Boccard een rasechte spits. Zijn neus voor goals werd snel opgemerkt, waardoor hij een plekje kreeg in de selectie van Londen 2012. Een vaste waarde bleek hij niet. Bij de intrede van bondscoach Marc Lammers na de Spelen, was Boccard de eerste die links bleef liggen.

 

Het jonge talent maakte een klik in zijn hoofd. Hij schoolde zich om tot rechtsachter en is harder beginnen werken in een meer dienende rol. Zo werd Boccard een grote meerwaarde voor de Lions. Zijn acties van achteruit en fantastische lange bal maken het elke tegenstander moeilijk.

Alexander Hendrickx: strafcornerkanon

Alexander Hendrickx had talent in overschot om zich te tonen op het hoogste niveau. Maar in Rio stond hij op de reservelijst. Vanaf de eerste rij maakte hij mee hoe de Belgen vrede namen met zilver. "Nooit meer", besliste Hendrickx, die dubbel zo hard begon te werken aan zijn lichaam en zijn spel.


Met zijn transfer naar Pinoké kwam hij uit zijn comfortzone. In de Nederlandse competitie miste hij net de play-offs, op de Spelen schiet hij enkel met scherp. "Zijn 14 doelpunten in Tokio... dat is waanzin", weet Manu Leroy. Voegt hij daar in de finale nog een paar goals aan toe?

Loïck Luypaert: "No bullshit-mentaliteit"

Voor de Olympische Spelen in Londen was hij net iets te jong en onervaren. Daarna was Luypaert niet weg te denken bij de Lions. Een typische beenharde verdediger met een fluwelen techniek. Een lange bal op de stropdas leggen is voor hem geen enkel probleem.


Loïck Luypaert spant verbaal de kroon bij de Belgen. Hij deelt altijd wat er op zijn lever ligt. Zowel in de coaching op het veld, als in interviews na de wedstrijd. "No bullshit welbespraaktheid", noemt Leroy het. 

Nicolas De Kerpel: alleskunner en entertainer

Hét Zwitserse zakmes van de Red Lions. Nicolas De Kerpel kan elke positie aan. Iemand geblesseerd? Geen nood, "de Nico" vult zijn positie probleemloos in. 

 

De Kerpel is in alle aspecten een uitzondering op de regel. De laatbloeier miste een deel van de jeugopleiding op het hoogste niveau, maar reserveerde toch zijn plekje in de selectie van de Lions. Daar staat hij bekend als de lolbroek die de stress afhoudt. De sleutel tot een hecht groepsgevoel.

Arthur De Sloover: West-Vlaamse Antwerpenaar

Arthur De Sloover is een van de jonge talenten in de basis bij de Lions. De pupil van hockeyclub Saint-Georges in Kortrijk kende een steile opmars in zijn carrière.

 

Om te schitteren op het hoogste niveau, verkaste de West-Vlaming naar Beerschot. Daar werd hij omgetoverd tot een halve Antwerpenaar én een uitstekende defensieve kracht. Geruisloos kwam hij in de ploeg bij de Red Lions. Zijn plaatsje in de verdediging gaf hij sindsdien niet meer af.

Vincent Vanasch: onklopbaar aan stickkant

Op jonge leeftijd schitteren bij de wereldtop is voor weinigen weggelegd. Nooit eerder slaagde een keeper erin om in het prille begin van zijn carrière alle criticasters de mond te snoeren. Vincent Vanasch deed dat wel.


"Hij is onklopbaar aan zijn stickkant", weet Leroy. De doelman van de Red Lions perfectioneerde zijn spel na een woelig parcours op clubniveau. "Hij speelt al zo lang op een gigantisch hoog niveau, dat het als normaal wordt aanzien."

 

"De klik kwam er op de Spelen van Londen. Daar kreeg hij het vertrouwen en gaf hij zijn visitekaartje af." Een staande ovatie van de spelersgroep volgde in de kleedkamer.

finale
donderdag 5 augustus Australië - België 12 u  

Het olympisch avontuur van de Lions begon in 2007:

Lees meer over de Lions: