Boogschutter Jarno De Smedt komt als 1e Belg in actie in Tokio: "Niets te verliezen"

Jarno De Smedt is een onverwachte (en onbekende) naam in de Belgische olympische selectie. Vlak voor de deadline voegde de 21-jarige boogschutter én student Toegepaste Informatica zich bij de 121 andere Belgen voor de Olympische Spelen.

Op 23 juli komt De Smedt als allereerste Belg in actie in Tokio, nog voor de openingsceremonie in de Japanse hoofdstad heeft plaatsgevonden. Hoe kon hij zich plots plaatsen voor zijn eerste Spelen? "Het was in eerste instantie de bedoeling om ook met een team naar Tokio te gaan. Dat is jammer genoeg niet gelukt."

"Ineens kregen we te horen dat er individueel twee tickets vrijkwamen voor de Olympische Spelen. Die zijn verdeeld op basis van de wereldranglijst en omdat ik daarop 44e sta, kreeg ik een van die tickets. Jammer genoeg kan ik niet met mijn vrienden gaan, maar ik ben uiteraard heel blij dat ik naar de Spelen mag."

Wat is het doel in Tokio? "Sowieso top 16. Ik denk dat dat ook wel mogelijk moet zijn gezien mijn kwaliteiten. Ik hoop uiteraard op een medaille, maar de tegenstand is enorm. Ik moet dus realistisch zijn, want ik ben nog jong. Ik heb niets te verliezen in Tokio."

Jarno begon 14 jaar geleden met boogschieten in Puurs. "Als kleine jongen van 5 à 6 jaar ging ik vroeger in het bos altijd meteen een tak zoeken om daar een boog van te kunnen maken."

"Mijn opa was ook een schrijnwerker en die maakte een exemplaar voor mij dat lijkt op de boog waar ik nu mee schiet. Ik heb die boog trouwens nog altijd bij mij thuis liggen."

"In 2008 zocht ik naar een sport die bij mij paste. Via een sportkamp in mijn gemeente is de bal aan het rollen gegaan. Nu ben ik olympiër en train ik vier à vijf keer in de week. Hopelijk zorgt mijn aanwezigheid in Tokio voor een boom in het boogschieten in ons land."