Ga naar de inhoud

Verschil tussen voetbal- en wielermanager? "Het zijn totaal andere werelden"

 di 29 september 2020 09:19
Dries Smets: "Het systeem van het voetbal zet de deur open voor misbruiken."
Dries Smets: "Het systeem van het voetbal zet de deur open voor misbruiken."

Dries Smets was maandagavond de centrale gast in De Tribune op Radio 1. De jonge manager is in korte tijd een begrip geworden in de wielerwereld. Zijn onkreukbare imago steekt schril af tegen de reputatie van een aantal voetbalmanagers, die hun stiel op een andere manier invullen.

Voetbalmanagers zijn bekend, de laatste jaren dikwijls in negatieve zin. Denk maar aan operatie Zero en beschuldigingen van financiële en sportieve malversaties.

 

In het wielrennen is dat klaarblijkelijk anders. Een rustiger klimaat, zonder veel deining. Met managers die veel minder in het oog springen om de belangen van hun klanten/renners te behartigen. Wie is bijvoorbeeld Dries Smets? Veel wielerliefhebbers zelfs die het antwoord schuldig moeten blijven.

 

Nochtans is Smets een belangrijke schakel in het wielrennen. De Belgische manager heeft immers veel toppers in zijn portefeuille, genre Julian Alaphilippe, Greg Van Avermaet, Philippe Gilbert, Tiesj Benoot, Zdenek Stybar, Tim Wellens, Jasper Stuyven, Thomas De Gendt, Yves Lampaert en Laurens De Plus.

 

"Voetbal en wielrennen zijn totaal andere werelden. Het business-model van de twee sporten is niet met elkaar te vergelijken", zegt Smets.

 

"Het wielrennen is een veel kleinere wereld dan het voetbal, met slechts een 25-tal ploegen. Als je niet correct werkt, is het snel gedaan. Plus: er gaat een pak minder geld om in het wielrennen. En ook: ik zoek de aandacht niet op, dat ligt aan mijn persoonlijkheid."

 

"Wat wel vergelijkbaar is, is dat voetbal- en wielermanagers contracten voor hun renners/spelers onderhandelen. Daar staan we hen zo goed mogelijk in bij, dat is natuurlijk inherent aan de functie van makelaar."

 

"Maar het voetbal is opgebouwd als een systeem met zware transfersommen en een model waarbij de club de makelaar betaalt en niet de speler de makelaar betaalt. Dat zet de deur open voor misbruiken. Al mag je alle voetbalmakelaars natuurlijk niet over dezelfde kam scheren, want ik ken er ook die zeer correct werken." 

 

"In het wielrennen is de relatie zeer simpel: ik werk voor de renner en de renner vergoedt mij, met een percentage op het contract dat ik voor hem onderhandel. Ik denk dat dat een zeer gezonde arbeidsrelatie is: hoe meer ik er voor de renner kan uithalen, hoe beter voor hem en ook voor mij."

 

"In het voetbal zit je met een speler, een spelersmanager en een clubmanager. Er wordt onderhandeld over een transfersom waarvan een deel naar de spelersmanager moet gaan, dat is in het wielrennen niet aan de orde."

Het wielrennen is een veel kleinere wereld dan het voetbal, met slechts een 25-tal ploegen. Als je niet correct werkt, is het snel gedaan.

"Wielrennen vaak afhankelijk van 1 sponsor"

Opvallend wel bij wielrenners: er is een grote discrepantie in salarissen. Jonge renners, neoprofs bijvoorbeeld, verdienen vaak een habbekrats. Een vergelijking met het toploon voor een Peter Sagan is scheefgetrokken.

 

Dries Smets: "Er is inderdaad een groot verschil, omdat het belang van kopmannen in het wielrennen blijft toenemen. Sponsors verbinden zich liever aan kopmannen en dus bouwt een ploeg zich op rond die kopman. Voor die kopmannen wordt dus het hardste gevochten en dat resulteert in hoge salarissen."

 

"Dit systeem biedt wel het voordeel dat een beginnend renner écht een perspectief heeft: als hij goed is, kan hij in korte tijd serieus meer gaan verdienen."


In tegenstelling tot voetbal beschikt wielrennen niet over een accomodatie die een ploeg kan exploiteren om inkomsten te vergaren.


"De zwakte van het economische model in het wielrennen is dat alles ophangt aan sponsors", zegt Dries Smets. "En vaak is dat maar 1 sponsor of 1 mecenas. Daarmee staat of valt een team."

 

"Elk jaar worden enkele teams op die manier bedreigd in hun bestaan. Er wordt gezocht naar een model waarbij de inkomsten breder gaan dan sponsoring, maar dat is niet eenvoudig. Daar zijn ze nu al decennia mee bezig..." 

Luister naar Dries Smets over zijn vak in De Tribune: