Broers Borlée lopen nog minstens tot in 2022: "Aan stoppen na Tokio hebben we niet gedacht"

Kevin en Jonathan Borlée draaien al jaren mee. Op hun 20e stonden ze op de Olympische Spelen in Peking, volgend jaar zullen ze 33 lentes op de teller hebben als ze in de startblokken van de Spelen in Tokio kruipen.

In de Japanse hoofdstad willen ze opnieuw geschiedenis schrijven. Op de Spelen in Rio strandden de broers op 3 honderdsten van het podium, volgend jaar willen ze wel die olympische medaille.

Daarna is het nog niet voorbij voor de broers. In de zomer van 2022, wanneer de tweeling 34 is, staat er nog een WK in de Verenigde Staten en een EK in Duitsland op het programma.

"Op onze leeftijd is dat een uitdaging, maar die willen we aannemen", vertelt Kevin Borlée. "Dit op voorhand plannen geeft ons alle kansen om te slagen."

De zonen van Jacques Borlée zullen nadien de balans opmaken en de knoop doorhakken over hoe het verder moet met hun carrière.  Het WK van 2022 vindt van 15 tot 24 juli plaats in de Verenigde Staten in Oregon. Het EK 2022 staat van 11 tot 21 augustus op het programma in de Duitse stad München.

Maar eerst concentreren ze zich als afwisseling op de 100 en 200 meter.

Hadden de Olympische Spelen een mooie eindpunt geweest? "Daar hebben we niet aan gedacht", antwoordt Kevin Borlée op de vraag van onze reporter.

"De komende jaren zitten alle kampioenschappen dicht op mekaar, daar hebben we nu ons doel van gemaakt. Het worden nog 2 productieve jaren."

De Borlées maken van de nood een deugd en volgen dit jaar sprintles bij de Franse topcoach Guy Ontanon. "Met Guy trainen we nu vooral op snelheid. Daar willen we de vruchten van plukken voor volgend seizoen."

"Maar wees gerust: we gaan de 400 meter heus niet schrappen", verzekert Kevin Borlée. "We amuseren ons nu en laten ons wat verrassen."

"Dit was geen eenvoudig jaar. Daarom hebben we de koppen bij mekaar gestoken om doelen te zoeken, want we misten de adrenaline", doet Jonathan Borlée zijn verhaal.

"We hebben begrepen dat we van ons vak houden, daarom doen we nog een tijd voort. Het wordt misschien een uitdaging als dertiger, maar daar houd ik van. Ik blijf dromen van een olympische medaille, want ik ben overtuigd dat we daar de ploeg voor hebben om te schitteren in Tokio."

"Soms leiden we een monotoon leven", geeft Jonathan toe, "net daarom trainen we nu een keer als sprinters. De korte afstanden geven ons een energieboost."

"Op training voelde ik meteen dat ik er weer zin in had. Zo eenvoudig kan het soms zijn. Dat vind ik ook mooi van mijn vader: hij is niet te koppig om het elders te zoeken."

Intrinsiek is Jonathan de snelste van de broers. Met zijn toptijd op de 200 meter (20"31) uit 2012 ligt of lag het Belgisch record van  Patrick Stevens (20"19) binnen bereik. "Wie weet, verbeter ik die chrono nog", grijnst hij.

"Mentaal hadden we het erg moeilijk dit jaar. Ik heb zelfs de trainingen stopgezet. Met 100 en de 200 meter kwamen we er misschien weer bovenop, want voor de 400 meter lukte het niet om ons op te laden."

"Ik ben toen snel bij Guy uitgekomen, omdat ik een goeie relatie met hem heb. Hij was meteen enthousiast en zo zijn we tot een uitwisseling gekomen. Ik train jonge 400 meterlopers uit Frankrijk, hij geeft mijn atleten sprintles."

"Fantastisch vind ik de samenwerkingen. Vooral mentaal zie ik mijn atleten opleven. En dat is erg belangrijk, want veel olympische atleten hadden het moeilijk om enthousiast te blijven trainen."

"Natuurlijk houdt het risico's in, maar die zijn er altijd. De 100 of 200 meter zijn in het algemeen minder vermoeiend dan de 400 meter. Op die manier kunnen ze hun basissnelheid ook aanscherpen."

"Ik heb een tijd gedacht dat ze zouden stoppen na Tokio, maar wie weet blijven ze nu lopen tot de Spelen van Parijs in 2024", lacht vader Borlée.

Vorig jaar liepen de Borlées op het WK, zonder de geblesseerde Jonathan, naar de 3e plaats op de 4x400 meter.