"Roglic is goed voor zijn ploegmaats, daarom gaan ze ook voor hem door het vuur"

"Roglic is een heel rustige jongen naast de fiets", vertelt Addy Engels. "Hij heeft beide voeten op de grond. Toen hij bij de ploeg kwam, was hij nog niet de renner die hij nu is, maar zijn karakter en de manier waarop hij zich gedraagt in de groep, hebben we niet zien veranderen. Hij is wel meer een leider geworden, maar dat is goed."

"Het is een gezellige jongen, die goed is voor zijn ploegmaats. Daarom gaan ze ook voor hem door het vuur. Dat maakt de hele groep beter."

"Een van zijn sterke punten is zijn focus. Hij weet wat hij wil. Hij is echt een perfectionist, zoals de meeste klassementsrenners. Hij is elke dag bezig met zijn bandenspanning, zijn fietsen, ... Hij wil overal het maximale uithalen en is erg leergierig."

"Hij kan naast de fiets ook genieten, van kleine en grote dingen. Afgelopen zomer is zijn zoon geboren. Daar maakt hij ook nu tijd voor. Hij doet alles voor zijn sport, maar hij weet ook dat het alleen maar fietsen is. Hij zal niet verloren zijn wanneer het stopt."

Zit er nog rek op zijn prestaties? "Veel denk ik niet, dat zou niet best zijn", antwoordt Addy Engels. "Als hij zo rijdt, hoeft dat ook niet. Maar in zekere zin moet je altijd blijven verbeteren. Dat is een proces."

Dan toch even over het schansspringen. Is dat een voordeel? "Heel laat in het wielrennen komen, is meestal geen voordeel. Tenzij je echt getalenteerd bent en dat is hij zeker. In het begin was hij niet de meest handige op de fiets. Hij viel net iets te vaak. Maar hij heeft zich ontwikkeld. Nu daalt hij af bij de beteren. Hij was wel al topsporter, dus mentaal was hij klaar. In het schansspringen zijn details ook belangrijk."

"Het is weinig renners gegeven om op hun eerste trainingskamp Robert Gesink te volgen bergop, hij kon dat vier jaar geleden. Hij haalde echt ongelooflijke waardes, toen al. Dan weet je dat je een speciaal iemand in huis hebt. Garanties heb je nooit, maar we wisten dat hij iemand was om te koesteren."