Waarom was Van Aert zonder rittenkoers in de benen zo sterk in Sanremo?

"Wij geloven dat je niet per se een van die 2 koersen nodig hebt om een klassiek voorjaar af te werken", zegt Mathieu Heijboer, Head of Performance bij Jumbo-Visma. "Je kunt ook met trainen een goed niveau bereiken."

"Omdat de beste renners Tirreno of Parijs-Nice rijden en de winnaar dus altijd een van die koersen in de benen heeft, zou je kunnen denken dat je die koersen moet rijden om Sanremo te kunnen winnen."

"Maar we hebben de prestaties van onze renners en die van Wout van de voorbije jaren geanalyseerd en daaruit blijkt dat dat niet nodig is. Zo zagen we dat een aantal renners vorig jaar te diep in het rood moest in Parijs-Nice, waardoor ze een tijdje niet fit of zelfs ziek waren en pas later op niveau waren in de klassiekers."

"Wout heeft na zijn crossseizoen ook een bredere basis nodig, daarom heeft hij nood aan langere trainingsblokken. Daarin kun je een koersinspanning ook goed imiteren, als je daar de juiste mentaliteit voor hebt. Wout kan ook op training ontzettend diep gaan."

Een doelbewuste strategie dus bij Jumbo-Visma, maar dat neemt niet weg dat ook zij verrast waren over de 6e plaats van Van Aert bij zijn debuut. "We wisten dat hij de fysieke mogelijkheden had om heel ver te komen, ook in Milaan-Sanremo. Maar we dachten dat hij nog zou moeten wennen aan het specifieke karakter van de koers."

"Wout is daar allemaal heel vlotjes doorheen gekomen. Door zijn enorme talent komt hij frisser dan de meeste andere renners in de finale, waardoor hij sneller en beter keuzes kan maken. Als veldrijder kan hij zich natuurlijk ook goed positioneren. Hij was misschien ook mentaal frisser, juist omdat hij geen etappekoers had gereden."

Opvallend was ook dat Van Aert zelf ontgoocheld was over zijn 6e plaats. "Voor Wout telt maar 1 plaats: de eerste. Het is prachtig om zo de koers in te gaan. Maar hij mag ook blij zijn met een top 10. Als je altijd teleurgesteld bent als je niet wint, dan zal je veel teleurstelling te slikken hebben."