Ga naar de inhoud

meest recent

      Ivan Leko: "Anderlecht is goed bezig, maar wij hebben een betere ploeg"

       vr 24 augustus 2018 17:02
      Leko tijdens de persconferentie.
      Leko klinkt strijdvaardig: "Ik wil de drie punten absoluut thuis houden."

      In de aanloop naar Club Brugge-Anderlecht blikte Ivan Leko vooruit naar de kraker van speeldag 5. In zijn persconferentie vooraf liet de coach van Club Brugge alvast weten waar de sleutel van de topper zal liggen. "Wie de slag om het middenveld wint, maakt het meest kans om de wedstrijd te winnen."

      Anderlecht trekt komende zondag als leider en met een marge van twee punten richting grote rivaal Club Brugge. Wat verwacht Leko van de topper? "Ik verwacht veel intensiteit, anders kan je niet spreken van een topper. Er moet druk en stress zijn."

       

      De Kroatische coach van Club Brugge vindt dat zijn team al op een redelijk niveau aan het spelen is. Maar het kan en moet nog beter. "We staan nog niet 100 procent, maar in deze topwedstrjid wil ik de punten absoluut thuis houden."

      "Onze groep is compleet"

      Anderlecht won alle vier zijn duels, Club Brugge niet. Dat deert echter Leko niet. "Ik ben niet bezig met wat er in Anderlecht gebeurt. Ze zijn misschien goed bezig, maar wij hebben een betere ploeg", aldus een strijdvaardige Leko. 

       

      Twee factoren zullen volgens hem cruciaal zijn zondag. "Het zal niet makkelijk zijn om Dimata en Santini af te stoppen. Maar we hebben genoeg kwaliteit in onze defensie." Daarnaast verwacht hij ook een slag om het middenveld. "Wie daar wint, maakt de meeste kans om de wedstrijd te winnen."

      Tot slot kreeg Leko nog een pak vragen over zijn nieuwkomers Sofyan Amrabat en Kaveh Rezaei. "Ik ben zeer tevreden met deze twee transfers. Ze passen binnen onze filosofie. Onze groep is nu compleet. We kijken met ambitie naar de toekomst."

       

      "Of Amrabat en Rezaei zondag zullen spelen? We zullen zien", aldus Leko.

      Herbekijk hier de persconferentie van Ivan Leko:

      Wat had Vanhaezebrouck te zeggen?