Retour 17 juli: Bouvatier en Millar rijden verkeerd, Ghirotto profiteert

Tijdens de 14e rit van de Tour de France in 1988 trekken de renners van Blagnac naar Guzet-Neige. Na een rustdag voelen enkele vrijbuiters zich voldoende uitgerust om een avontuur doorheen de Pyreneeën aan te vatten. Een groep van 18 renners scheurt zich af van het peloton en trekt er op uit. Op de laatste klim tonen Bouvatier, Millar en Ghirotto zich de sterksten van hun vluchtersgezelschap.

Met z'n drieën snijden ze de finale aan. Bouvatier wil zich onsterfelijk maken. De Fransman geeft zich volledig en rijdt weg van zijn kompanen. Millar wil aanpikken maar moet een klein gaatje laten.

Op dat moment draait het parcours naar links, maar Bouvatier en Millar rijden de volgwagens achterna - recht de parking op. Ghirotto begrijpt de drukke gebaren van de politieman in het midden van de weg wél en spoedt zich richting een gevleide ritzege.

Bouvatier en Millar bollen zwaar ontgoocheld binnen. Ze beschuldigen achteraf de politieman, die volgens hen slechts gepositioneerd stond en ook de verkeerde richting aangaf. "Die gendarme dook plots op tussen het publiek. Enorm verwarrend. Spijtig, want ik denk echt dat ik de kans had om de etappe te winnen", verklaarde Bouvatier.

Ritwinnaar Ghirotto schenkt in alle nobelheid de podiumprijs - een Peugeot 309 - aan de beklaagde Philippe Bouvatier. Die misliep op 17 juli 1988 de grootste triomf uit zijn carrière. De bekendheid van de Fransman schoot evenwel de lucht in - hij rijdt na die bewuste Tour talrijke criteriums waarmee hij zijn spaarboekje aardig kan spijzen.

Bouvatier boekte in zijn wielerloopbaan weinig succes, maar bewees zich meermaals als uitstekende knecht. De misgelopen ritzege in de Tour zal echter voor altijd in het collectieve geheugen gegrift staan. Met als bijnaam "de krokodil" koerst Bouvatier nog voort tot 1995, maar na dat seizoen hangt hij uitgeblust de fiets aan de wilgen.