De Ketele: "Droom van nieuwe wereldtitel, als het even kan op elk onderdeel"

Bij de vrouwen zijn Lotte Kopecky en Jolien D'hoore de speerpunten. De Europese kampioenen in de ploegkoers willen uiteraard hun nummer van het EK in oktober herhalen, maar tastten nog wat in het duister over de concurrentie.

"We hebben nu twee keer samen de ploegkoers gereden en twee keer gewonnen, dus op dat vlak zit het goed", zegt D'Hoore aan Sporza. "Maar op het WK moeten we opboksen tegen ploegen waar we nooit eerder tegen hebben gereden. Landen als Canada en Australië."

"Ik weet dat mijn conditie goed is. Daarom kan ik niet verklaren waarom het totaal niet ging tijdens de Ronde van Vlaanderen. Maar het ziet er goed uit voor ons twee. De overgang van de weg naar de piste is makkelijker dan omgekeerd."

"Ik had nooit verwacht dat ik vijfde kon worden", vertelt Kopecky over haar Ronde van Vlaanderen. "Dat geeft vertrouwen voor wat komt." Individueel rijdt Kopecky ook het omnium. "Ik probeer voor de top vijf te gaan. Als ik wat geluk heb, is veel mogelijk." 

Hoe schat Belgisch bondscoach Peter Pieters zijn vrouwelijke delegatie in? "Het is een gemengde groep van ervaren en jonge dames. De speerpunten zijn Lotte en Jolien."

"Onze grootste medaillekansen liggen op de koppelkoers en de scratch. Het is altijd moeilijk, maar we gaan voor het podium. Het WK valt laat. Dat is een nadeel omdat de Ronde van Vlaanderen net voor het WK valt. Maar ik kan het de rensters niet aandoen om te zeggen dat de Ronde niet past in hun voorbereiding. Er zullen net voldoende dagen zijn om de omschakeling te maken."

Bij de mannen heeft "ancien" Kenny De Ketele een medaille te verdedigen in de puntenkoers. "Ik was er voor het eerst bij in 2006, dus dat kan al tellen", zegt De Ketele.

"Ik heb sowieso een goede winter gehad, reed goede zesdaagses en stond op elk kampioenschap en wereldbeker op het podium. Ik mag dus op niets minder mikken dan het podium op de puntenkoers. Ik droom er natuurlijk van om opnieuw een wereldtitel binnen te halen. Liefst op elk onderdeel, als het even kan."

Voor de ploegkoers en puntenkoers lijkt die ambitie gerechtvaardigd. Op de ploegenachtervolging zou een finaleplaats al mooi zijn, maar het goede gevoel over dat project is wel terug.

"Ik ben het niet eens met mensen die zeggen dat het in het verleden een ontgoocheling was. Op de Spelen in Londen waren de selectiecriteria heel streng. Er mochten maar tien landen deelnemen. In de atletiek zou dat zo goed als een finale zijn. Onze negende plaats vond ik niet gefaald."

"Voor de Spelen in Rio is het project in het water gevallen omdat de groep niet uitgebreid genoeg was en veel renners een dubbel programma hadden. Nu is er een nieuwe, jonge groep, die vol wil gaan voor 2020. Met nog wat talent erbij moet dat lukken."

"Het duo De Ketele-De Pauw is een van de grote favorieten in de ploegkoers met alle zesdaagsen in het achterhoofd, maar het WK is altijd een ander verhaal", zegt bondscoach Peter Pieters.

"Het gaat me te ver om ze uitgesproken favoriet te noemen. Dat hangt af van hoe de koers loopt. Ik zou heel tevreden zijn als we een medaille halen."

"Ook op de ploegenachtervolging hebben we zeker het juiste potentieel. We hebben een hele jonge groep. Ik hoop dat ze bij elkaar kan blijven, dan kunnen we ver komen. We gaan proberen top acht te rijden. Achter de grote landen is het een gevecht tussen de "best of the rest".