Andy Schleck: "Van der Haar heeft elke hindernis wel 20 keer ingeoefend"

Het eerste deel van het parcours ligt in het park van het lyceum van Bieles. "Echt technisch is dit stuk niet", legt Andy Schleck uit.

"De renners moeten enkele bruggen over. Dat mag geen probleem vormen. Je moet wel opletten dat je in het park niet wegslipt in de bochten."

"Tussen de bruggen rijden de crossers een eerste keer door de materiaalzone. Wisselen is niet meteen een optie voor mij, omdat dit een snel parcours is."

In het park moeten de veldrijders twee balken over. "Zoals de regels voorschrijven zijn ze allebei 40 centimeter hoog en liggen ze 5 meter uit mekaar", weet Andy Schleck. "Sven Nys sprong hierover. Ik vind het riskant. 5 meter is weinig om te landen én opnieuw te springen."

Na vier bruggen slingeren de renners even naar beneden in het park. Andy Schleck heeft een specifieke term voor de reeks haarspeldbochten. "Serpentines", noemt hij ze.

"Hier moet je over de juiste techniek beschikken. Dan kan je energie sparen. Anders moet je uit je pedalen en dat kost kracht."

Na het slingerwerk in het park wacht de crossers een spectaculaire finale. "Die begint met een steile afdaling", legt Andy Schleck uit.

"Je moet goed kunnen remmen. Beneden moet je meteen de bocht om. En daar kan het glad zijn."

"Als je hier alleen naar beneden moet, vormt deze afdaling geen probleem. In een groep wordt het een ander verhaal. Als de eerste remt, moet de laatste al in de afdaling in zijn remmen knijpen."

Na een tweede passage in de materiaalzone krijgen de veldrijders opnieuw verraderlijke haarspeldbochten voorgeschoteld. "Hier is het belangrijk om de juiste lijn te vinden", weet Andy Schleck. "Als je een bocht niet goed aansnijdt, verlies je seconden."

In de absolute finale sprinten de crossers naar de allerlaatste hindernissenzone. Daar krijgen ze een korte klim én een verraderlijke schuine kant voor de wielen geschoven. Een schuine kant zoals in Namen.

"Die is erg glibberig. De eerste die hier naar beneden duikt in de slotronde, wint normaal gezien", denkt Andy Schleck. "Tenzij je valt. Dan verlies je geen handvol, maar meteen 20 of 25 seconden."

De conclusie van Andy Schleck: "Het zal een snelle race worden zoals het EK in Frankrijk. Misschien zal er wat modder liggen, maar niet veel. Drassig wordt het niet. Het vriest hier al drie weken."

Naast de topfavorieten Wout van Aert en Mathieu van der Poel tipt Schleck ook op Lars van der Haar. "Ik heb hem hier vorige week zien trainen met Sven Nys. Ze hebben elke hindernis een stuk of 20 keer uitgeprobeerd om de optimale lijn te vinden."

"Van der Haar is niet de topfavoriet, maar zeker wel een outsider. Hij finisht in de top 3. Sven Nys als coach en adviseur is een groot voordeel."

U kent Andy Schleck vooral als ronderenner en Tourwinnaar. Wist u ook dat hij nog gecrost heeft? "Tijdens de winter trok ik graag het bos in op mijn veldritfiets. Zo hield ik mijn conditie op peil", vertelt Schleck.

"Als jonge renner heb ik ook aan wedstrijden deelgenomen. In 2002 stond ik als junior aan de start van het WK in Heusden-Zolder."

De 16-jarige Schleck finishte als 34e. Op ruim drie minuten van wereldkampioen Kevin Pauwels, maar wel drie plaatsen voor ene Lars Boom.