Ga naar de inhoud

Coopman 40 jaar na Ali-Coopman: "Ik wil Ali nog eens ontmoeten"

 za 20 februari 2016 08:30
Ali versus Coopman.
Vandaag is het precies 40 jaar geleden dat Jean-Pierre Coopman in een bloedheet Puerto Rico voor de wereldtitel bokste tegen Muhammad Ali. Lang duurde het spektakel niet, want na 14 minuten en 46 seconden ging onze landgenoot in de vijfde ronde gewillig neer. Sporza bezocht Coopman, die hier bekend stond als "Lion of Flanders" maar door Ali "Pussycat of Flanders" genoemd werd, en haalde herinneringen op aan de tijd van toen.

"Ik doe elke dag wat ik graag doe"

"Het gaat goed met mij", zegt Coopman. "Ik doe elke dag wat ik graag doe: tekenen en boetseren. Het kan eigenlijk niet beter. Het boksen heb ik achter mij gelaten, al word ik nu nog altijd veel aangesproken over mijn kamp met Ali. Dat doet nog altijd veel plezier, het is een teken van erkenning."

"Ik kon het niet geloven"

"Waar ik het eerst aan denk als iemand me aan die wereldtitelkamp doet denken? Aan mijn allereerste ontmoeting met Ali. Ze hadden me in de VS afgeschilderd als de grootste racist ter wereld, dus was Ali vrij agressief. Maar na enkele minuten tijdens de voorstelling had Ali al door dat dat beeld totaal niet klopte en veranderde zijn houding."

"Mijn manager had trouwens tot het laatste moment gezwegen over de kamp, tot het echt 100% zeker was dat ik tegen Ali zou boksen. Ook tegen mij had hij niets verteld. Toen mijn manager me het nieuws vertelde, kon ik het niet geloven. Mijn haar komt er nu nog van overeind."

""Hey Cooperman", en hij gaf twee kussen"

"Ik heb tot de 5e seconde in de kamp gedacht dat ik kon winnen. Na de 5e seconde besefte ik dat dat niet kon. Ik heb dan gewacht op die ene rake stoot om te kúnnen neergaan. Enkele jaren na onze kamp heb ik Ali nog eens gezien in Antwerpen. Op een bepaald moment zag hij me tijdens een interview en stak ik m'n hand op. "Hey Cooperman", zei hij, en hij gaf me twee kussen. On-ge-lo-fe-lijk."

"Tot mijn 25e was ik een beroepsdronkaard"

"Ik heb het maximum uit mijn carrière gehaald. Tot mijn 25e was ik een beroepsdronkaard, maar vanaf dan ben ik anders gaan leven. Ik ben twee jaar amateurbokser geweest en op mijn 27e ben ik prof geworden. Ik had niet meer bereikt als ik er vroeger mee begonnen was, echt niet."

"Ik blijf Ali tot mijn laatste dag bewonderen"

"Het belangrijkste is dat ik momenteel nog altijd gezond ben. Ik weet nog wat ik zeg. Er zijn veel ex-boksers met wie het slechter afgelopen is. Met Ali gaat het bijvoorbeeld al een hele tijd niet goed. Ik mag het misschien niet zeggen, maar als er een God bestaat heeft hij de verkeerde gekozen om hem dit (de ziekte van Parkinson, red) te bezorgen. Ik blijf Ali in elk geval bewonderen, tot mijn laatste dag."

"Ik wil Ali nog eens ontmoeten"

Tot slot laat Ali aan Sporza-journalist Geert Heremans enkele foto's en schilderijen zien. "Ik teken en schilder zelf over de bokssport. Ik kan daar gevoel in leggen. Of ik nog een droom heb? Zeker: Ali nog eens ontmoeten. Of dat kan? Ja, maar dan zal er wat hulp mee gemoeid moeten zijn."

Foto's van het duel:

Beelden van de kamp Coopman-Ali: