"In Antwerpen is ruimte voor meerdere clubs met toekomst"

11 à 12.000 fans maakten zaterdag de promotie mee op het Kiel. "Zaterdag is bewezen dat er veel kracht zit in de traditie van een club die een club blijft", is Van Campenhout het idee van een eengemaakte club niet genegen.

"Dat is het geval bij Beerschot-Wilrijk, Antwerp en Berchem en nog andere clubs in Antwerpen die veel volk trekken. Antwerp had de eerste drie wedstrijden evenveel volk als de top vijf in eerste klasse. Dus er is in Antwerpen ruimte genoeg voor traditieclubs met een grote achterban."

Zou één grote Antwerpse club niet beter kunnen concurreren met Standard, Anderlecht en Club Brugge? Van Campenhout nuanceert: "In voetbal gaat de concurrentie niet over "één stad, één club". Het gaat over een goed product, een goed merk, een goed nummer, goeie kleuren en een ruime achterban. En die luxe hebben wij als stad."

"De uitstraling van een voetbalclub stopt trouwens niet aan de grenzen van de stad. "Eén stad, één club" hoeft dus absoluut geen dogma te zijn, integendeel."

"Sommigen doen er wat meewarig en pejoratief over, maar de eigenheid en de emotie van een club zijn het echte kapitaal van een club. Het feest in het Olympisch stadion is juist een statement om niet voor een fusie te pleiten."

"Als stad hebben we er in januari voor gekozen om de twee traditieclubs op hun traditielocatie te verankeren. Het zou vanuit de politiek artificieel zijn om die twee producten bij elkaar te mengen en zo naar eerste te willen. Er is genoeg achterban en ziel om dat spontaan te laten gebeuren."