Snikkende Vanmarcke: "Ik geloofde er echt in"

Sep Vanmarcke kon z'n tranen nauwelijks bedwingen in het interview met Sporza. "Ik weet dat ik trots moet zijn, maar ik geloofde er echt in en dan doet het extra pijn", zegt de Belg van Blanco.

"Ik werkte samen met Cancellara, omdat ik de rest niet wou laten terugkomen. Ik wist niet goed hoeveel voorsprong we hadden. Het enige wat ik anders kon doen, was langer wachten met de spurt."

"Toen ik viel in de Tirreno wist ik dat Roubaix mijn enige kans was dit voorjaar. Dat ik nu nog tweede ben, is super. Het bewijst dat ik hiervoor gemaakt ben en dat ik er alles voor gedaan heb. Maar toch kan ik niet tevreden zijn."

Jürgen Roelandts was na zijn derde plaats in de Ronde van Vlaanderen met veel ambitie gestart. Het werd - niet voor het eerst dit voorjaar - een deceptie.

"Vlak voor Cancellara zijn eerste aanval plaatste reed ik lek. Daarna was het hele veld uiteengeslagen en telkens ik bij een groepje aansloot, zag ik dat er nog een groepje voor reed. Na Mons-en-Pévèle schoot ook nog eens mijn ketting tussen mijn frame en tandwiel."

"Ik had de benen van de Ronde en denk dat ik kon meespelen. Dit voorjaar was ik goed, maar ik had pech in de E3 en Wevelgem. De Ronde was een beloning."

Greg Van Avermaet was de tweede Belg in de bovenste regionen van het klassement. "Als je hier vierde wordt, mag je niet ontgoocheld zijn", zegt de BMC-renner, die ook al in de top tien eindigde in de Ronde.

"Ik zat tegen mijn limiet aan in de sprint en werd nog net geklopt door Terpstra. Maar veel sprinten was er niet meer bij. Toen Vanmarcke en later Cancellara gingen kon ik net niet mee. Dan weet je dat je koers voorbij is. Ik had nochtans de indruk dat Cancellara niet echt super was. Je kon hem volgen op de kasseien. Kloppen is nog wat anders."